Tegenstander
Iedereen gebruikt de taal op zijn eigen manier. Gelukkig maar, daar hebben we recht op. Wie iemand anders corrigeert, hoe goed zijn bedoeling ook is, maakt inbreuk op dat recht. Daardoor heeft elke correctie iets intimiderends en vernederends. Dat blijkt wel als je om je heen vraagt of mensen zich kunnen herinneren dat ze gecorrigeerd werden. Dan wil er nog weleens een traumatisch verhaal van langgeleden komen. Belangrijker is dat mensen met goede ideeën zó bang worden voor pijnlijke reprimandes dat ze er in gesprekken voortaan het zwijgen toe doen. En dat kunnen we ons niet veroorloven.
Bovendien zijn de resultaten van het onderzoek naar correctie bij moedertaalgebruikers niet zo eenduidig. Volgens de ene onderzoeker helpt het, volgens de andere niet. In het laatste geval kunnen er verschillende oorzaken in het spel zijn. Sommige foutenmakers zijn gewoon eigenwijs, andere niet geïnteresseerd in de mening van anderen. In weer andere gevallen is de correctie wel simpel (verander heb in heeft), maar is de regel op grond waarvan dat moet moeilijker te doorgronden. Het gevolg kan zijn dat de gecorrigeerden van de weeromstuit andere fouten gaan maken (ik heeft).
Corrigeren bewijst de verbeteraar ook geen dienst. Iemand die bij elke fout die hij constateert, gaat dubben of - en zo ja, wanneer en hoe - hij die fout onder de aandacht van de brokkenmaker gaat brengen, had die energie beter aan de inhoud van de bijdrage kunnen besteden.
Wat vindt u ervan? Moet je in een gesprek taalfouten corrigeren?
Geef voor 4 juli uw mening op onze website: www.onzetaal.nl/homofkuit. Of stuur een briefkaart met ‘in een gesprek taalfouten corrigeren’ of ‘in een gesprek taalfouten niet corrigeren’ naar de redactie van Onze Taal, Raamweg 1a, 2596 HL Den Haag. In de volgende aflevering de uitslag.