â– Housemuziek
Gabber is vaker gekoppeld aan andere woorden. Zo heb je bloedgabber voor ‘extra goede vriend’ (‘bloedbroeder’) en gabbertaal, dat vaak is gebruikt voor de taal van de dieven, het Bargoens. Er bestaat zelfs een boekje over het Bargoens getiteld De gabbertaal, dat in 1937 werd samengesteld door Elle Gerrit van Bolhuis.
In de boeken van Jan Feith komt geregeld het woord gabber voor.
En dan heb je natuurlijk nog gabberhouse, voor een bepaalde muziekstijl, namelijk ‘housemuziek met keiharde ritmes’, zoals de grote Van Dale het omschrijft. Heeft deze muziekstijl, die internationaal is doorgebroken, ook iets met gabber in de betekenis ‘kameraad’ te maken? Ja, zijdelings, want gabberhouse is aan het begin van de jaren negentig in Rotterdam ontwikkeld door jongeren die zichzelf ‘gabbers’ noemden. Omdat die jongeren een eigen stijl hadden, kreeg gabber er een nieuwe betekenis bij: ‘fan van gabberhouse, uiterlijk vaak gekenmerkt door bepaalde kleding, een kaalgeschoren hoofd (bij mannen), piercings’, aldus Van Dale.
We vinden gabber vaak in de verbinding ouwe, trouwe of gezworen gabber(s), en wijlen Willem Endstra, de geliquideerde vastgoedhandelaar, zei over de Amsterdamse crimineel Mink Kok: ‘Die denkt, als-ie buiten komt: gabbertje gab, weer allemaal vrienden. Maar dat is niet zo.’ Gabber wordt dus nog steeds in het criminele circuit gebruikt, maar allang niet meer exclusief.