Tamtam
Redactie Onze Taal
Nedersaksisch krijgt mogelijk zelfde erkenning als Fries
Het Nedersaksisch, de streektaal die wordt gesproken in onder andere Groningen, Drenthe en Overijssel, maakt kans op hetzelfde (hoge) niveau erkend te worden als het Fries. Dat is de uitkomst van een gesprek dat staatssecretaris Ank Bijleveld (Binnenlandse Zaken) onlangs had met de Groningse gedeputeerde Hans Gerritsen.
Het Nedersaksisch is momenteel - net als overigens het Limburgs - al officieel erkend op grond van het Europees Handvest voor Regionale en Minderheidstalen, maar deze twee streektalen staan een treetje lager op de ladder dan het Fries. Zo mag het Fries wél gebruikt worden in overheidsdocumenten, maar het Nedersaksisch en het Limburgs niet.
Dat de staatssecretaris nu voorzichtig de deur openzet voor een hogere vorm van erkenning, is tamelijk pikant. In 2000 werd het verzoek om het Zeeuws te erkennen (op hetzelfde, lagere niveau als het Nedersaksisch) door het ministerie afgewezen na een advies van de Nederlandse Taalunie. Die oordeelde dat het Zeeuws weliswaar gelijkwaardig was aan de twee eerder erkende streektalen, maar dat die achteraf gezien nooit erkend hadden mogen worden (in de procedure voor het Limburgs en het Nedersaksisch werd de Taalunie niet geraadpleegd). Hoe kan het dat de ene streektaal erkenning wordt geweigerd, terwijl bij de andere juist wordt onderhandeld om meer? Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft er desgevraagd geen verklaring voor.
Voordat het ministerie zich verder buigt over de opwaardering van het Nedersaksisch, moeten de Nedersaksische provincies eerst onderzoeken hoe een hogere erkenning zou kunnen functioneren zonder enige rijksbemoeienis, en hoe de bureaucratie beperkt kan blijven. De Groningse gedeputeerde Gerritsen verwacht dat eind dit jaar aan die voorwaarde kan zijn voldaan.