■ Mokkelmens
De Australische dichter Les Murray heeft zich in een van zijn gedichten echt proberen in te leven in een koe. Daar horen dan niet alleen koe-achtige gedachten bij en een koeiig perspectief, maar ook koetaal. ‘All me are standing on feed’, zo begint het. Geen correct mensen-Engels, maar wij voelen meteen aan wat de bedoeling moet zijn. De koe noemt zichzelf ‘mij’, en alle andere koeien heten dan natuurlijk ook ‘mij’. Dus ‘wij’ zijn ‘alle mij’, of ‘alle mijs’, of ‘alle ik’, zoals Huub Beurskens het vertaalde. En wat doen alle ik? ‘All me are standing on feed.’ Hier wordt al meteen een spel met de lezer gespeeld. Als je de koe alleen zou hóren denken, zou je niet zeker weten wat hij bedoelde: ‘feet’, met een t, meervoud van foot (‘voet’), of ‘feed’, met een d, het Engelse woord voor ‘voedsel, voer’. Alleen door de spelling weten we dat het om het laatste gaat. ‘Alle ik staan op voer’, vertaalt Beurskens.
Het is opmerkelijk dat de koe in zijn taal hetzelfde woord voor ‘tractor’ heeft als het Engels, en ook voor ‘klaver’ en ‘boterbloem’ en ‘gras’ en allerlei andere belangrijke onderdelen van het koe-universum, maar weer niet voor de vrouw die het voer komt brengen. Zij heet niet de boerin, maar de ‘heifer human’. Zij is samen met de ‘bull human’ de baas op het erf. De ‘bull human’ is de stiermens, het mannetje, de boer. Heifer is het Engelse woord voor ‘vaars’. De ‘heifer human’ is dus de vaarsmens, het vrouwtje, de menskoe. Vermoedelijk speelt hier ook nog wel een tweede betekenis mee. Heifer is ook slang voor ‘leuke griet, lekker stuk’. Het zou best kunnen dat onze koe daar een goed oog voor heeft, en dan is onze boerin in het Koes misschien wel het lekkere mokkelmens, de leuke chickboer, of hoe je dat ook maar zou moeten vertalen.
Onze koe ruikt ook heel goed dat ‘de vaarsmenselijke geurt naar behoefte aan de stiermenselijke’ (vertaling Beurskens), zoals zij ook heel goed ruikt