Gesignaleerd
Aan tafel gaan zitten
Petra van Donkelaar - tekstschrijver en trainer Nederlands, Marknesse
Met een cursiste voerde ik laatst een verhitte discussie over de uitdrukking met iemand om de tafel gaan zitten. Zij dacht dat het hier aan tafel moest zijn (terwijl er toch echt geen sprake was van een eetafspraak) of heel misschien om tafel (zonder lidwoord). Gelukkig gaf Van Dale mij gelijk: ‘aan tafel zijn, zitten: bezig zijn het (middag)maal te gebruiken’; ‘om de tafel gaan zitten: overleg plegen, een kwestie gezamenlijk bespreken’.
Maar al googelend vond ik zinnen als ‘De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) gaat opnieuw aan tafel zitten met de Nederlandse Tijdschriftengroep (NTG)’ (op de site van de VPRO) en ‘Na de zomer gaat de bond om tafel zitten met banken en bedrijfsleven’ (op de site van de Consumentenbond). Kennelijk worden aan tafel en om (de) tafel inwisselbaar.