Groen en wit; en nu?
In oktober 2005 verscheen een nieuwe versie van het Groene Boekje. Net als tien jaar geleden klonk er veel kritiek, alleen bleef het daar dit keer niet bij. Enkele kranten en tijdschriften besloten gezamenlijk tot een boycot van de officiële spelling. Ze kozen voor het Witte Boekje van Onze Taal, dat in augustus verscheen. Wat waren de gevolgen?
Eerst de cijfers. Van het nieuwste Groene Boekje werden er tot nu toe 250.000 exemplaren verkocht, van het Witte Boekje ongeveer 30.000. Dat laatste overtreft de verwachting van de uitgever, Het Spectrum, met de helft, maar het resultaat wordt toch nog altijd ver overschaduwd door de verkoopcijfers van de groene tegenhanger - zelfs als je bedenkt dat die laatste al veel langer te koop is.
Dat komt, volgens uitgever Sander Bekkers van Het Spectrum, doordat niet iedereen op een Wit Boekje zit te wachten - docenten en ambtenaren bijvoorbeeld. Die moeten tijdens hun werk tóch de officiële spelling volgen. Veel docenten vinden het ook vervelend dát er een tweede spelling is. Dat kan leerlingen verwarren, zo schreven vier lerarenorganisaties afgelopen zomer in Trouw. En ook veel Vlamingen zien liever één spellingsysteem. Terwijl een op de drie Groene Boekjes in Vlaanderen terechtkomt, passeren de Witte Boekjes maar mondjesmaat de Nederlandse grens. Alle kranten blijven er groen spellen.
Wie het Witte Boekje dan wél kopen? ‘Vooral professionele taalgebruikers, zoals journalisten, redacteuren en tekstschrijvers’, aldus Bekkers. Bas van Kleef, redacteur van de Volkskrant is een van hen. Hij besloot vorig jaar als een van de eersten de officiële spelling overboord te gooien. Is het Witte Boekje het alternatief waar hij op hoopte toen hij besloot zich tegen de groene spelling te keren? ‘Jazeker. Vreemde vormen als havoër of ideeëloos ontbreken, en we zijn gelukkig af van de onwerkbare tussen-n-regels.’ Dat het Witte Boekje de tussen-n-regels vrijlaat (boerenkool - boerekool, ganzeveer - ganzenveer) en ook andere dubbelspellingen goedkeurt (komedie spelen - komediespelen, voip - VoIP), vindt Van Kleef een pluspunt. Maar daar denkt niet iedereen zo over. Critici vinden dat er in een spellinggids knopen moeten worden doorgehakt. Het Witte Boekje, dat dat dus niet altijd doet, laat taalgebruikers volgens hen te veel aan hun lot over.
Trekt het Witte Boekje zich voor de toekomstige edities iets aan van deze kritiek? ‘Uiteraard wordt alle kritiek op het boekje zorgvuldig bijgehouden met het oog op een toekomstige nieuwe editie,’ zegt Roos de Bruyn, die als taaladviseur bij Onze Taal meewerkte aan het Witte Boekje, ‘maar van sommige woorden zijn twee varianten gangbaar en verdedigbaar. Dat moet je durven accepteren. In verreweg de meeste gevallen wordt in het Witte Boekje trouwens maar één vorm gegeven. Spellingen die indruisen tegen een algemeen bekende en aanvaarde norm komen er niet in voor.’
En hoe ziet de toekomst van het Groene Boekje eruit? In principe verschijnt er over negen jaar weer een nieuwe woordenlijst, want zo is dat ooit bij wet vastgelegd. Hebben de boycot en de maatschappelijke onrust nog invloed op de totstandkoming ervan? De Nederlandse Taalunie, die verantwoordelijk is voor het Groene Boekje, wilde daar nog niets over kwijt. Wat dit bewogen spellingjaar betekent voor de officiële spelling, blijft dus afwachten.