het grootste gemak naar mijn kamer, sloot de deur, plofte op bed, rolde met mijn zij naar links en naar rechts, alsof het een ritueel moest zijn dat je hoorde uit te oefenen voordat je zo'n heilig iets als een persoonlijke notitie aan jou kon openen, en scheurde de envelop open zodat ik de brief kon bevrijden.
Abdelkader Benali: ‘Dan kwam er een golf van uitzonderingen op je af waardoor ik ten lange leste besloot toch maar op mijn intuïtie te varen.’
Foto: Chris van Houts
Wat was mijn verbazing groot toen ik merkte dat er op en en dag na geen woord in stond dat ik op school had geleerd of in de krant was tegengekomen.
Ze vertelde dat ze op sgol zat.
En dat ze op fakanti ging.
En dat ze met haar vrindin uit was geweest, en zo ging deze brief door, de zinnen leken eerst door een beginnersbeul onder handen te zijn genomen, die gedwongen was te zeggen dat ze niets of niemand waardig waren, waarna er een paar medeklinkers werden vervangen, totdat het geschrevene overeenstemde met wat er in haar hoofd aan allerlei zelfverzonnen woordvlinders rondhing. Ik heb de brief drie keer gelezen, waarna er iets bij mij gebeurde wat ik iedereen wil meegeven die het niet zo veel kan schelen, die spelling, omdat het gaat om wat je zegt en niet om hoe je het zegt. Ik voelde me daar op dat moment in verlegenheid gebracht. Ik wist niet meer wat ik met de brief aan moest omdat ik niet meer zo goed begreep hoe ik haar nog moest antwoorden. Ik raakte niet enthousiast van de vrijheid die in de brief was gelegd, ik raakte ervan in verwarring.
Waarom had ze me in deze positie gebracht waarin ze me dwong om tot een plaatsbepaling te komen? Had ze die brief, god vergeve haar, gewoon geschreven, met een paar kleine kiezeltjes in de spelling, dan was er niets aan de hand geweest. Dan was ik meteen aan het terugschrijven geslagen, dan had mijn hand zich naar haar hand gevormd, dan hadden we de paso doble kunnen voortzetten die we zo zalig waren begonnen in het theater, de plek van illusie maar niet zonder innerlijke logica, maar nu vond ik dat ik met iemand anders te maken had, nu had ik het gevoel alsof onze hele alliantie helemaal overnieuw moest beginnen juist omdat ze de regels van het spel had veranderd. ‘Luister, Abdel. Zo denkt ze helemaal niet. Elk vogeltje zingt zoals het gebekt is. Laat je niet zo van slag brengen. Ga gewoon op de oude voet verder. Schrijf zoals je schrijft en laat je niet tegenhouden door dit soort van mentale masturbatie.’