211 andere woorden voor prime time
Taaladviesdienst
In het januarinummer van Onze Taal vroeg de Taaladviesdienst zich af of er een Nederlands woord te bedenken is voor het Engelse prime time (‘zendtijd met de grootste luister- of kijkdichtheid’). Maar liefst 129 lezers droegen in totaal 211 voorstellen aan.
In onze beschrijving van prime time stelden we dat het Nederlandse equivalent idealiter het betekeniselement ‘radio en tv’ in zich heeft, omdat prime time alleen in die context gebruikt wordt. Daarom vielen algemene woorden als piektijd en toptijd bij voorbaat af. Om dezelfde reden zijn ook de volgende alternatieven minder geschikt om prime time te vervangen: bloeitijd, hoogtijd, plustijd, spitstijd, spitsuur en voorkeurtijd. Ook woorden als mediaspits, ontvangstspits en publiekpiek hebben een te algemene betekenis, omdat ze kunnen verwijzen naar meer dan alleen radio en tv.
Naast termen met een te brede betekenis zijn er ook woorden aangedragen die te beperkt zijn. Het alternatief voor prime time moest op zowel tv als radio betrekking hebben, en niet op slechts één van deze twee media. Woorden als buispiek, kijkpiek, kijkspits, luisterpiek, luisterspits en tuuruur voldoen niet aan deze vereiste.
Welke alternatieven zijn dan niet te algemeen maar ook niet te beperkt? Van de woorden die vaker dan twee keer aangedragen zijn, beantwoorden de volgende tien aan deze eis: kluistertijd (24 x), kijk- en luisterspits (13 x), kijk- en luisterpiek (10 x), kluisterpiek (7 x), kluisterspits (5 x), voorkeurszendtijd, topzendtijd (beide 4 x), luister- en kijkpiek, etherspits en etherpiek (alle 3 x). De combinaties kijk- en luisterspits, kijk- en luisterpiek en luister- en kijkpiek geven ondubbelzinnig weer wat prime time is, maar zijn aan de lange kant. Bovendien is de kans groot dat een samentrekking moeilijker ingeburgerd zal raken dan een enkel woord. Ook voorkeurszendtijd en topzendtijd dekken de lading van prime time, maar ze beschrijven het verschijnsel vooral vanuit het perspectief van programmamakers en adverteerders. Daardoor zijn deze woorden wat minder neutraal. Etherspits en etherpiek zijn qua betekenis geschikt om het verschijnsel prime time mee aan te duiden, maar hun tekortkoming is dat kabeltelevisie en -radio ervoor gezorgd hebben dat het begrip ether bij velen in de vergetelheid is geraakt.
De samenstellingen met kluister werden verreweg het vaakst ingezonden. Veel deelnemers wezen ons erop dat kluister gezien kan worden als een samensmelting van kijk en luister. Daarnaast is het natuurlijk de stam van het werkwoord kluisteren (‘binden, boeien’), dat vaak in verband gebracht wordt met radio en tv: ‘Heel Nederland was op 2 februari aan de buis gekluisterd’, ‘Tijdens de uitzendingen van Radio Oranje was ons gezin aan de radio gekluisterd.’ Om al deze redenen, maar zeker ook omdat zo veel deelnemers een voorkeur voor een combinatie met kluister blijken te hebben, lag het voor de hand om een van de kluister-woorden tot beste alternatief voor prime time uit te roepen. De keuze is gevallen op kluistertijd, in dit geval ook de combinatie die het meest is aangedragen. Kluistertijd is welluidend en sluit vanwege tijd mooi aan bij de oorspronkelijke Engelse aanduiding.
Het journaal van acht uur: sinds jaar en dag op ‘kluistertijd’.
Petra Schoenmaker uit Maassluis was de eerste die kluistertijd voorstelde. Zij ontvangt de boekenbon van €25, - van de Stichting LOUT (Let Op Uw Taal). Wij bedanken alle deelnemers van harte voor hun bijdragen.