Geschiedenis op straat
Dries
Riemer Reinsma
Een dries was in de vroege Middeleeuwen een stuk gemeenschapsgrond dat beurtelings als bouw- en als grasland gebruikt werd. Als straatnaam komt Dries op tientallen plaatsen in Nederland voor. Naast de vorm Dries, die het meest gangbaar is, zijn er nog twee varianten: de naam Dres(ch) vind je in West-Friesland, Heiloo en Akersloot, en Driest komen we tegen in Bussum, de Gelderse Vallei en Maarsbergen, alsmede op de Noord-Veluwe.
Sommige dorpen en gehuchten in Oost-Vlaanderen hebben een dorpspleintje met de naam Dries op de plaats waar verschillende wegen samenkomen. Dat bracht de Vlaamse taalkundige Maurits Gysseling op het idee dat het woord dries met drie verband kon houden: dries zou dan misschien te maken hebben met een driesprong.
Een andere verklaring werd geopperd door de Belgische naamkundige Jan Lindemans. Ook hij vermoedde dat dries het telwoord drie bevatte, maar Lindemans zag een verband met het drieslagstelsel. Volgens dit stelsel verbouwden de boeren in het ene jaar wintergraan, in het tweede zomergraan, en lieten ze in het derde jaar het land braak liggen om het ‘te laten rusten’. Maar Lindemans' theorie ging later onderuit. Landbouwkundig onderzoek wees uit dat er al ‘driesen’ bestonden vóórdat het drieslagstelsel in onze streken werd ingevoerd.
Plaatsen in Nederland waar de straatnaam Dries en zijn varianten voorkomen. (Met dank aan Boudewijn van den Berg, Meertens Instituut, Amsterdam.)
Ook Maurits Gysseling trok zijn oude verklaring in en bracht de wetenschappelijke souplesse op om met een nieuwe verklaring te komen. De twee oudste betekenissen van dries waren volgens het Woordenboek der Nederlandsche Taal ‘verarmd bouwland, dat één of meer jaren als weiland, in Oostelijke provinciën bepaaldelijk als schapenweide gebruikt wordt’ en ‘braakland’. Dries, zo meldde Gysseling bij nader inzien, gaat terug op het Indo-Europese woord *treuisk, dat ‘opgeteerd, uitgeput’ zou hebben betekend en verwant zou zijn geweest met het Latijnse werkwoord terere ‘wrijven, gladwrijven bij het ploegen’ (het sterretje geeft aan dat treuisk nooit in een tekst is aangetroffen en dus een gereconstrueerde vorm is). Het ging dus om uitgeput bouwland dat weer op krachten moest komen.
Aan zo'n onbebouwd stuk grond herinnert ook de straatnaam Op den Dries in het Limburgse Eygelshoven. Het Straatnamenboek Eygelshoven (1988) omschrijft het gebied in kwestie - voordat er een nieuwbouwwijk neergepoot werd - nostalgisch als ‘een moerassig gebied waar allerlei soorten planten en kruiden groeiden en oudere inwoners weten zich misschien nog wel te herinneren dat in dit gebied zelfs orchideeën groeiden’. Dat gebied was kennelijk verworden tot een definitief uitgeputte dries.