Vergeten woorden
S.P.v.d.O.
Hans Heestermans
‘Als de peer rijp is, valt zij.’ Is dit een cliché? Als een cliché een wijze van zeggen is die ooit door haar spitsvondigheid of treffende formulering uitblonk, maar door de eindeloze herhaling alle glans verloren heeft, dan is die met die peer een rasecht cliché, een dooddoener.
Wat bewerkstellig je met een cliché? Je maakt je ergens van af. Je verstand hoef je niet meer te laten werken. Er is al iets kant-en-klaar waarmee je kunt zeggen ‘maak je niet druk, alles gebeurt toch zoals het moet gebeuren’ (als de peer rijp is, valt zij) of ‘o, o, wat is de wereld toch een ellende’.
In de jaren vijftig was er zaterdagsavonds bij de VARA een radioprogramma. Daarin trad Wim Sonneveld op als zijn alter ego Willem Parel. En Willem Parel was orgeldraaier, getrouwd met Lena. In plat-Amsterdams verhaalde hij de luisteraars over de S.P.v.d.O., oftewel de Seksuele Problemen van de Orgelman. Elke zaterdagavond weer. En heel Nederland sprak te pas en te onpas over de S.P.v.d.O.
Zo hoefde je niet meer over je eigen seksualiteit te praten, maar over die van de orgelman. Dat is de kracht van het cliché. Je weert af, je blijft erbuiten. Je hoeft je nergens mee te bemoeien. Niemand spreekt meer over de S.P.v.d.O. De noodzaak van de omzeiling is verdwenen: we spreken vrijmoedig over vrijen en al wat daarbij hoort. Een van de favoriete uitroepen van Willem Parel was ‘niet op reageren, Lena’. Die was van grote klasse, als cliché. Als er iets gezegd of gedaan werd wat je niet beviel en je dreigde boos te worden, dan schreeuwde iedereen tegen je ‘niet op reageren, Lena’. Je hoefde niet woedend te worden. Het cliché had je bevrijd van toorn. De hele kamer lachte, want ieder wist wat niet op reageren, Lena wilde zeggen.
Je hoort het nooit meer. Gelukkig maar, denk ik in een pessimistische bui. Doodziek word ik soms van dooddoeners, en toch kan ik er eindeloos van genieten.