bij de degenen die het ontwerp in de plaatselijke pers als een staaltje moderne beledigingsarchitectuur hebben betiteld. De ontwerper miskent alle mogelijkheden om het gebouw congruent te maken met de manier waarop menselijke waarnemingssystemen visuele informatie opnemen en bewerken: dit is een rauwe kreet die scheurt door de stilte en de gave ensemblewaarde van de cultuurhistorische en landschappelijke context. De relatie met de hoogwaardige omringende natuur had een uitgangspunt moeten zijn van het ontwerp. Maar nee, deze unieke kans is hardhandig om zeep geholpen: bij wijze van compliment zou ik dit ontwerp willen kwalificeren als een pretentieloze uitstalkast van modieuze ijdeltuiterij.
De commissie zal dit zeker ter harte nemen. Wie van de leden mag ik als eerste het woord geven?
Dank u voorzitter. Ieder gebouw moet zich in de context legitimeren door informatie te geven over zijn functie. Ik geloof dat dit ontwerp hier zeer wel in slaagt. Dit kantoorcomplex is geen in zichzelf gekeerd boekhoudersdorp, maar een geslaagde combinatie van orde en complexiteit. Het onopgesmukte materiaalgebruik versterkt de formele concepten, die objectiverend werken. Als we bereid zijn om ons oordeel over de esthetische normen een moment op te schorten teneinde onbevangen de kwaliteiten búíten het esthetische vlak te kunnen ontdekken, dan zou ik zeggen dat het hier gaat om een integraal kwaliteitsontwerp waarin culturele waarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde elkaar de hand reiken. De begrippen herbergzaamheid, identificatie, beleving en ontmoeting komen uit dit ontwerp onweerstaanbaar naar voren. Ik concludeer dan ook dat de architect de maatvoering en het ritme van de omringende bebouwing en het landschap hier fenomenaal in zijn visie geïntegreerd heeft.
Dank u, wie verder?
Voorzitter, ik zie het ontwerp als een stuk monumentale grootsheid dat door zijn onbeholpen brutaliteit ironisch genoeg een verfrissende werking heeft. Deze formele objectiviteit geeft een verrassend contrast met de overigens landelijke omgeving. Naar mijn oordeel heeft het plan een hoog aanvaardbaarheidsgehalte.
Misschien nog een woord van onze landschapsdeskundige?
Graag wil ik een enkele gedachte toevoegen. Het kijkgroen op de hoeken van de open ruimten onderstreept de structuur waardoor de hoofdassen in het ontwerp worden geaccentueerd. De zichtas op het riante profiel van de toegangsweg schept een fraai beeld. Zo is er een verbindende factor ontstaan tussen de verschillende deelplannen; de continuïteit in het bebouwingsbeeld wordt aaneengeschakeld. De consistentie van dit uitbreidingsplan is hierdoor verzekerd, terwijl ook de verkeersleefbaarheid genoeg aandacht krijgt en de welzijnsbelevingswaarde uiteindelijk prevaleert.
Goed, ik constateer dat wij tot een consensus geraken. Misschien een laatste woord van de inspreker?
Misschien heb ik het niet goed begrepen en van architectuur heb ik geen verstand, maar wat doet u nu verder met mijn bezwaren?
U ziet de rol van onze commissie verkeerd. Wij zijn hier om een ontwerp op de architectonische waarden te beoordelen. Maar laten we aan uw bezwaren tegemoetkomen. Misschien zou de architect kunnen kijken of de slagboom niet zodanig te situeren is dat de inspreker toch zijn perceel kan verlaten als er geen portier is. Overigens constateer ik dat de commissie van oordeel is dat het ontwerp aan eisen van redelijke welstand voldoet; het plan is daarmee doorgelaten.
Verantwoording: voor de vorm van deze bijdrage stond een persoonlijke ervaring bij de Haagse welstandscommissie model. De terminologie is een compilatie van her en der opgevangen en aangetroffen frasen en passages. Daarnaast zijn citaten uit twee bronnen verwerkt: het Monumenten Selectie Project van de gemeente Den Haag en Op verkenning in de betonwoestijn (Delft 1993) van de architectuursocioloog Derk de Jonge.