● ‘Een bananeschil’
De auteurs beschrijven hoe achter de schermen met de spelling werd gesold. Hoe, bijvoorbeeld, de betwiste regel van de tussen-n werd bijgewerkt met subregel 1b. Dat gebeurde na een vraag op een persconferentie, terwijl de ‘definitieve en officiële’ regels al doorgestuurd waren naar de uitgevers. Zelfs de ministers kregen van het secretariaat van de Taalunie verkeerde informatie over deze gang van zaken, suggereert de ‘buitenparlementaire onderzoekscommissie’.
Een ander sterk hoofdstuk gaat over een correctieslag, waarbij een werkgroep van de Katholieke Universiteit Brabant onder leiding van Jan Renkema tot tweemaal toe een poging deed om een voorlopige versie van de Woordenlijst uit te vlooien. Beide pogingen mislukten omdat er met de bestanden niet te werken viel, en omdat ze boordevol fouten en tegenstrijdigheden zaten. De werkgroep sloeg alarm bij de Taalunie, maar die achtte het niet nodig de publicatie van het Groene Boekje uit te stellen. Er werden andere mensen aangezocht voor een correctieslag.
Ook het Genootschap Onze Taal speelt een rol in Spellingchaos. Peter Smulders vertelt hoe voorzitter H. Hoefnagels Aad Nuis tipte over een ‘bananeschil die op zijn pad lag’, waarop de staatssecretaris een mechanisme in gang zette waar het genootschap zelf het slachtoffer van dreigde te worden. Uiteindelijk zaten Onze Taal en de Taalunie met getrokken messen rond de tafel. Wordt ongetwijfeld vervolgd.