Onze-Taalprijs
Jan Renkema - juryvoorzitter
Hoe stimuleer je goed taalgebruik? Niet door het rode potlood, maar door goede voorbeelden: een treffend gekozen woord, een prachtig gebouwde zin, een meeslepende alinea. Het Genootschap Onze Taal stelt daarom met ingang van 1994 de Onze-Taalprijs in.
Aan de lezers van Onze Taal wordt gevraagd om voorbeelden op te sturen van tekstpassages die voor de prijs in aanmerking dienen te komen. Het gaat om woorden, zinnen en alinea's. De teksten mogen niet langer zijn dan 200 à 250 woorden. Ze kunnen afkomstig zijn uit alle denkbare schriftelijke publikaties. Uiteraard mogen ze niet met het oog op de prijs zijn gepubliceerd. Men kan ook de aandacht vestigen op voorbeelden van mondeling taalgebruik, maar deze worden alleen in behandeling genomen als er een cassette beschikbaar is met de tekst, met vermelding van de plaats van de passage. Inzendingen worden alleen geaccepteerd als de naam van de kandidaat en de bron zijn vermeld.
De jury bestaat uit twee bekende Nederlanders die onbekend wensen te blijven, twee redacteuren van het maandblad Onze Taal (van wie er een als secretaris optreedt) en een voorzitter uit of namens het bestuur van het genootschap. Na elke twee jaar zal het bestuur van het genootschap een besluit nemen over de samenstelling van de jury.
De prijs zal driemaal per jaar worden uitgereikt: in de winter, in de lente en in de herfst. De jury krijgt de vrijheid om per keer geen prijs of meer prijzen uit te reiken. Aan de prijs is geen officiële plechtigheid of hoge beloning verbonden. De winnaars krijgen een vergulde Onze-Taal(vul)pen met inscriptie, een eervolle vermelding in het maandblad, en de mogelijkheid om een korte toelichting te geven op het prijswinnende voorbeeld. Ook zal een persbericht over de prijstoekenning worden verspreid.
De jury van de Onze-Taalprijs verzoekt alle lezers van dit blad voorbeelden op te sturen. Het adres is: Laan van Meerdervoort 14 A, 2517 AK Den Haag.
Over de eerste uitreiking leest u meer in het februari/maartnummer van 1994.