40.000 leden!
Luc Pay (40) uit St.-Job-in-'t-Goor is leraar Nederlands aan een middelbare school en werkt mee aan een serie leerboeken over taal en literatuur. De administratie van Onze Taal noteerde hem als het 40.000ste lid.
Luc Pay: ‘Ik lees Onze Taal om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in het Nederlands en in de taalkunde.
Onze Taal gaat vaak wel over typisch Noordnederlands taalgebruik. Hartstikke leuk bijvoorbeeld, dat zeggen wij nooit. Maar we spreken allemaal Nederlands. Ik ga dus wél tegen het plafond als Nederlanders zeggen dat wij Belgisch spreken. Verschillen in woordenschat vind ik geen probleem: wij hebben een stoof, jullie een kachel. Maar in de ontwikkeling van een aparte zuidelijke norm zie ik geen heil: ik geloof niet dat verdeeldheid het Nederlands in Europa in taalpolitiek opzicht ten goede zal komen.
Wij hebben in Vlaanderen een achterstand van driehonderd jaar: jullie bouwen het Nederlands al op vanaf de zeventiende eeuw, toen bij ons juist de ontwikkeling werd afgebroken. Pas in de jaren zestig hebben wij een punt kunnen zetten achter het Frans als prestigetaal. De resten daarvan moeten we nog van ons afschudden. En net nu dat bij ons zou kunnen lukken, doemen er nieuwe gevaren op. In de eerste plaats het Engels, dat bij jullie veel sterker aanwezig is - jullie spelen meer met taal, maar nemen ook makkelijker al die trendy Engelse woorden over.
Een tweede gevaar is de vervaging van het normbesef, zelfs bij de BRT, die bij ons toch altijd als voorbeeld wordt beschouwd. Zelfs presentatoren kennen vaak het verschil tussen heten en noemen niet: Hij noemt Jan. Die fouten vind ik belangrijk, al zie ik mezelf als rekkelijk. Taaltuiniers mogen van mij dus blijven bestaan. Ze maken ook mij attent op onnauwkeurigheden in mijn eigen taalgebruik. We zijn er nog niet.’