● Tegen de verwachting in
Intussen hebt u natuurlijk begrepen dat u eigenlijk ik bent. (Tussen haakjes, het lijkt onmogelijk om de vorige zin zo te formuleren dat die voor het grammaticale oor aanvaardbaar is.) Lezers van een aantal nummers geleden weten zich wellicht te herinneren dat ik een zekere preoccupatie heb met kleine, bijna betekenisloze woorden. Eigenlijk is natuurlijk eigenlijk niet zo klein, maar het heeft wel de eigenschap dat de precieze gebruikswaarde zich uiterst moeilijk laat vaststellen. Het eigenlijk in vragend verband geeft dikwijls aan dat een bepaalde vraag de vraagsteller al
‘Eigenlijk heeft de eigenschap dat de gebruikswaarde zich moeilijk laat vaststellen’
enige tijd bezighoudt, of vrij plotseling belangrijk wordt. ‘Hoe laat is het eigenlijk?’ kan ik vragen. We zouden dit op grond van Van Dale kunnen interpreteren als: ‘Ik ben hier wel gezellig aan het praten, maar eigenlijk heb ik andere dingen te doen, en ik vrees dat het daarvoor binnenkort te laat wordt.’ Op zijn zachtst gezegd lijkt hier de eigenlijke betekenis van eigenlijk er enigszins met de haren bij gesleept.
En dan is er ook het oneigenlijke eigenlijk, buiten het vragend verband om. Nemen we de volgende dialoog tussen uw kennissen. Zij (juist uit Athene terug, is naar de bioscoop gegaan, en heeft daar uw vriend ontmoet): ‘Hoe vond je de film?’ Hij: ‘Eigenlijk wel leuk.’ Ze staat op het punt uw vriend te vragen naar welke schijn hij de film niet leuk vond.
Misschien, bedenkt ze, betekent eigenlijk in dit verband dat haar gespreksgenoot eigenlijk niet veel verwachtte van de film, en dat die hem achteraf meeviel. Maar daar vraagt ze hem niet naar: de taak om uit te leggen wat eigenlijk is, heeft ze aan u opgedragen. Dus belt ze u de volgende dag op. Ze vraagt u of ze gelijk heeft met haar conclusie. ‘Misschien wel,’ zegt u, ‘maar het kan ook zijn dat hij er moeite mee heeft toe te geven dat hij de film leuk vond. Het is namelijk eigenlijk best een beetje een snob.’
‘Ja, maar waarom zegt hij dan eigenlijk als hij eigenlijk tegen mijn principes of tegen mijn verwachtingen had moeten zeggen?’, werpt uw vriendin tegen. ‘Als je het niet erg vindt, wil ik dit onderwerp eigenlijk liever afsluiten’, antwoordt u. Ik ben eigenlijk de u, dus dat doe ik dan ook.