● Reanimeren
De werkkamer van Jan van de Wetering bij de afdeling Opleidingen in Zwolle staat onverwachts vol met kunstwerken van eigen hand. Ook zijn optreden lijkt erop gericht vooroordelen over belastingambtenaren te logenstraffen. Informeel (‘Zeg maar je’), niet autoritair maar open: ‘We stellen ons kwetsbaar op.’ Toch werkt Van de Wetering al sinds 1963 bij de Belastingdienst. Eerst als fiscalist, later als taaldocent en vanaf 1990 als coördinator van het Taalproject. Hij moet wel erg geduldig zijn.
Wat is er tot nu toe bereikt? ‘Het aangiftebiljet inkomstenbelasting, de toelichting en tientallen brochures zijn geschreven in de nieuwe taal van de Belastingdienst. Bovendien zijn honderden standaardbrieven, met een duizendvoudige verspreiding, aan de taalnormen aangepast. Op den duur krijgen alle standaardformulieren een plaats in modellenboeken. Je zult in die standaarddocumenten alleen maar brieven tegenkomen waarboven “Geachte heer of mevrouw” staat. Ik denk dat het ook boven 90% van de individuele brieven staat. Daar hameren we al zo lang op. Het is ook iets wat zelfs de grootste taalcrimineel kan begrijpen.’
Waardoor schrijven belastingambtenaren toch zo slecht?
Van de Wetering: ‘Het is een traditie: beginnende belastingmensen schrijven brieven over van oudere collega's. Wil je iets bereiken met een taalproject, dan moet je de voorbeelden verbeteren: de modellenboeken. Laten ze dan maar hele stukken overschrijven. Belastingambtenaren verschuilen zich ook graag achter het alibi dat hun taalgebruik “juridisch verantwoord” moet zijn. In de meeste gevallen is dat geen steekhoudend argument. Het is bijvoorbeeld helemaal niet nodig om uitspraken op bezwaarschriften tegen aanslagen de vorm te geven van één eindeloze zin met een telkens herhaald overwegende, dat...
Taalkundig beweren wij helemaal niets nieuws, maar voor de Belastingdienst was het een revolutie. Wat ik niet allemaal gehoord heb. Hoogachtend onder die brief? Kom nou, heb je Jansen wel eens gezien, die acht ik helemaal niet hoog. Je naam onder een brief? Ik schrijf die brief toch niet, dat doet de inspecteur.’
Taalbegeleiders en docenten lijkt het aan enthousiasme niet te ontbreken. Ook de hoogste baas, directeur-generaal der Belastingen C. Boersma, heeft het beste voor met de taal van zijn