Groot Dictee
A.A. de Boer - Bergen
Het grote aantal fouten dat werd gemaakt tijdens het in december 1992 gehouden grote dictee van de Volkskrant en De Standaard zegt meer over de taal dan over het taalgebruik van de deelnemers. In de eerste plaats is de uitslag sterk beïnvloed door de spelregel die het gebruik van de voorkeurspelling voorschrijft.
Toost bijvoorbeeld mag in de toegelaten spelling met een a en fricassee met een k. Van veel woorden is de spelling het resultaat van vroegere beslissingen waar men met reden een vraagteken bij zou kunnen woord als prinsessenbonen horen daartoe ook sisyfusarbeid en foerageren. Sisyfusarbeid moet volgens het Groene Boekje met een f, maar volgens Van Dale met ph. Foerageren valt onder de categorie van aanvechtbare halve vernederlandsingen, net als elektriciteit. Shockeren is fout, maar het was vóór het verschijnen van het Groene Boekje nog voorkeurspelling. De Franse variant choqueren kwam in 1950 in Van Dale zelfs niet als afzonderlijke ingang voor; ze werd alleen als variant genoemd achter het gebruikelijke shockeren.
De k in een woord als haviken levert ook steeds problemen op. De Vries en Te Winkel vermeldden in hun Woordenlijst (1865) dat kievitten en leeuwerikken werd geschreven naast monniken en dat zij kozen voor de spelling met één k. Zo schiep men een storend verschil tussen woorden als monniken en oppikken.
Veel fouten vloeien voort uit een verkeerde keuze. Men zou de resultaten van de gehouden dictees dan ook kunnen gebruiken als materiaal voor een onderzoek naar het falen en welslagen van vroegere spelling-veranderingen, en dat zou weer een les kunnen zijn voor de toekomst.