Inhalen en voorbijsteken
Lic. Charles Vanderhaegen - St. Denijs-Westrem, België
Een van de vreemde verschillen tussen het Vlaams en het Nederlands is het gebruik van de woordjes inhalen en voorbijsteken. Het is voor een Vlaming raadselachtig hoe een Nederlander kan weten of hij iets inhaalt of iets voorbijsteekt. Een Vlaming maakt een onderscheid dat ook in het Frans, het Engels en het Duits voorkomt. In het Frans spreekt men van rejoindre of rattraper waar in het Vlaams inhalen wordt gebruikt. Inhalen betekent daar ‘iemand bereiken door sneller te gaan dan hij gaat’. Voorbijsteken betekent ‘na iemand te hebben ingehaald, hem voorbijgaan, zodat men hem achter zich laat’. In het Frans: dépasser.
In het Engels vindt men to catch up with voor inhalen en to overtake voor voorbijsteken. In Engeland kunt u borden tegenkomen met de vermelding ‘no overtaking’. U mag dus de auto's die voor u zijn, niet voorbijgaan.
In het Duits vinden we einholen voor inhalen en überholen voor voorbijsteken. Zelfs in het Spaans vinden we twee verschillende woorden: alcanzar voor inhalen en adelantar voor voorbijsteken.
Het woord voorbijsteken wordt voor het eerst in de dikke Van Dale opgenomen in de elfde druk (1984). Waarschijnlijk ontbrak het omdat het in Nederland volledig onbekend is en de Vlaamse medewerkers van Van Dale vermelding hebben nagelaten. In Nederland wordt voorbijsteken in ieder geval niet gebruikt.
Je vraagt je wel af hoe Nederlanders een duidelijke vertaling kunnen geven van een zin als ‘Na hem te hebben ingehaald, is hij er zelfs in geslaagd hem voorbij te steken.’ Op de openbare weg zijn er steeds autorijders die anderen willen beletten hen voorbij te steken. Inhalen kan niemand beletten. Het is in mijn ogen dan ook ergerlijk dat men langs de Vlaamse wegen borden ziet met ‘inhalen verboden’. Dit is slecht Vlaams, want inhalen mag iedereen, als men zich maar aan de snelheidsregels houdt, maar voorbijsteken is wat anders. De tekst zou moeten luiden: ‘voorbijsteken verboden’.