Onze Taal. Jaargang 59

[p. 135]

Malapropismen (7)

•	De belangrijkste zinnen kun je laten opvallen met een articuleerstift.
•	Dat lijkt me een oratorische vraag.
•	Mijn oom heeft zojuist een bloedtransplantatie achter de rug.
•	Kritiek die hout slaat, is altijd welkom.
•	Zijn hobby is het obsederen van vogeltjes.
•	Ik ben nogal ontmand, want mijn secretaresse is ziek.
•	Tegenwoordig zijn de mensen erg vlot met het tatoeëren van elkaar.
•	Kijk mama, wat een mooie Prins-Bernhardshond!
•	Geen paniek: een slechte generatie betekent doorgaans een goede uitvoering!
•	De tussenschermen in het ziekenhuis moeten de intimidatie tussen zieke en bezoeker verhogen.
•	Doet u misschien ook aan aquapunctuur?
•	Die school kampt met problemen tussen ethische minderheden.
•	Gelukkig, het huis is weer van kant.
•	Wat maak je nu toch weer een valse inseminatie!
•	Zo'n leren omslag geeft een beetje jacquet aan het geheel.
•	De immigranten voor dit gerecht zijn soms moeilijk te krijgen.
•	Opa moet naar het ziekenhuis, want hij heeft last van zijn fosfaat.
•	Hier heeft het bijzonder onderwijs gelukkig nog een vinger tussen de deur.
•	Voorhoeve bezit geen eucharisma.
•	Als ambulancechauffeur heb ik vaak patiënten gerenommeerd.
•	De renners werden gediskwalificeerd omdat zij in concubinaat reden.
•	Walesa nam de gelegenheid te baat al zijn critici de pan uit te vegen.
•	Het vinden van de juiste mensen kan toch niet het brokstuk zijn?
•	Haar man werd in de oorlog door de bezetters gefuseerd.
•	Robert Long is een typisch voorbeeld van een echte narcis.
•	Van deze flessen kun je zo moeilijk de capsones eraf krijgen.
•	Het episch centrum van de aardbeving lag in de buurt van de Zuiditaliaanse stad Potenza.
•	Ik kan me slecht concentreren als de kerkklokken zo lang luieren.
•	Door tijdgebrek werd de vergadering slechts improvisorisch voorbereid.
•	De hockeyclub werd optimaal forma bijgestaan door een team begeleiders.
•	Mijn zoon neemt de zaak niet over; daar is hij niet comfortabel voor.
•	Hun jongste zoon is erg muzikaal en speelt prachtig op de tumor.
•	Dat gaat helaas met nogal wat moeilijkheden te paard.
•	Als uw vrouw nu nog niet wil, moet zij worden omgeturfd.
•	Volgens mij neemt hij veel te veel horens op zijn vork.
•	Een ogenblikje geduld alstublieft, ik heb ook maar twee paar handen!
•	Denk maar niet dat je mij met die grove taal kunt imiteren.
•	Gelukkig waren de deelnemers het anoniem met ons voorstel eens.
•	Deze sollicitant lijkt ons volkomen incompetabel.
•	Dit valt vast niet bij iedereen in goede toonaarde.
•	Zijn vrouw heeft een happig woordje met de dokter gesproken.
•	Na de wedstrijd gonst het zweet altijd van hem af.
•	Tienduizend gulden? Dat is een ruk uit mijn lijf!
•	Mijn vader is erg afgotisch op dat kind.
•	De verdachte verdedigde zich met de opmerking dat hij tijdens zijn daad een dwaas voor ogen had.
•	Nee, dat is nog niet zeker, het hangt nog als nat zand in de lucht.
•	Hij rookt als een ketting.
•	Ons nieuwe kantoor heeft gelukkig airconditie.
•	Hij maakte gelegenheid van de kans om te scoren.
•	De rode kaart was slechts uitstel van excuus.
•	Het was nou niet bepaald een liguster gezelschap.
•	Denk erom, na het feest kom je liniaal rectaal naar huis!
•	‘Wil jij ook een macaronikoek?’, vroeg mijn collega.
•	Je moet die zaken gewoon met elkaar intrigeren.
•	Ik ben hartpatiënt; bij het laatste infarct hebben ze me gereïncarneerd.
•	Mijn buurman heeft een nieuwe heg, zo'n register, geplant.
•	Hij legt de wonde op de zere plek.
•	Ik ben bijna helemaal onderzocht; nu alleen mijn altvleesklier nog.
•	Als je die bon nog niet hebt ingestuurd, behoor je wel tot de laatsten der Morianen.
•	Haar dochter had een zware bevalling; haar bekken waren te nauw.
•	Van zo'n advertentie krijgt de lezer een anticipatie tegen het produkt.
•	We stonden met open ogen te kijken.

Gehoord of gelezen en ingezonden door: prof. mr. O.K. Brahn, Utrecht; mw. Bunia, Leiden; G. Crisson, Alphen aan den Rijn; W. van Dijk, Den Haag; mw. A. Dijkstra, Groningen; mw. M. Dommisse, Arnhem; G. Drenth, Amstelveen; E. van Eerdewijk, Berkel-Enschot; J. Hamers-Velberg, Bundek; R. Hempelman, Nuenen; M.P.H. Henst, Nijmegen; M. de Koning, Amstelveen; W. van der Kraan, Drempt; J.F. van Mierlo, Delft; dr. ir. E.R. Muhring, Middelbeers; mw. A. Mulder, Leiden; A.J. Nuijten, Den Haag; mw. S.M. Out-Boon, Heemstede; mw. S.J. Polak-Posthuma, Ede; mw. G.F. Poppelsdorf, Amsterdam; A. Scholten, Sassenheim; W.J. Schoonhoven, Utrecht; W. Smulders, Rosmalen; mw. A. Staalman-Boer, Haarlem; T. Vingerhoets, Haarlem; mw. Vissers-Zipp, Maassluis; J.E. de Vries, Zoetermeer; M.W.M. van Winkel, Den Helder; H.J. Wouters, Amstelveen; dr. C. Zaalberg, Leiden; en redactieleden van Onze Taal.