Redacteur (m/m)
Drs. J. Beishuizen - Huizen
Onlangs heb ik het zelf gezien, maar niet kunnen geloven. Maartje van Weegen had een gesprekspartner die zich voor ieder waarneembaar als vrouw manifesteerde, maar per ondertitel als ‘geneesheer-directeur’ werd aangeduid. Een dergelijke taalkundige aberratie, zo'n 15 à 20 jaar geleden voor het eerst vertoond door een toen bekend journaliste die zich plotseling ‘redacteur’ liet noemen, doet denken aan het volgende - in vrije vertaling weergegeven - verhaal, afkomstig van de beroemde Amerikaanse econoom John Kenneth Galbraith.
Hoewel ik, aldus zijn relaas, een fervent voorstander ben van gelijke rechten voor de vrouw, ben ik tegen veranderingen van de taal die dienen om aan haar maatschappelijke gelijkwaardigheid uitdrukking te geven. Manhattan zou dan Personhattan moeten heten en daar voel ik, Galbraith, niets voor. De daarmee gemoeide energie kan trouwens veel beter worden gebruikt voor het voeren van positieve actie. Toen hij, in dat zelfde Manhattan, sprekend nota bene op een bijeenkomst ter werving van fondsen voor de vrouwenbeweging, dit standpunt kenbaar had gemaakt, kon hij de zaal nog maar ternauwernood ontvluchten: een ‘narrow escape’, vertelt hij. Voor mijn part kan zoiets als menskracht er wel mee door, maar Personhattan is natuurlijk van de gekke. Om van de onzin bij dat interview nog maar te zwijgen. Had Maartje van Weegen haar eigenlijk ook met ‘meneer’ moeten aanspreken?