Toptaal van topman
Willem Frederik Hermans - Parijs
Kwarts, siliciumdioxyde, SiO2, is een scheikundige verbinding, waaruit zand en zandsteen, en de witte kiezelsteentjes op het tuinpad bestaan. Het voornaamste bestanddeel van de aardkorst is kwarts. Dit eenvoudige, buitengewoon verspreide mineraal nu is, nadat het bruikbaar was gebleken in de elektronische techniek en het zelfs in de duurste polshorloges voor de aanwijzing van de juiste tijd mag zorgen, danig gestegen op de ladder van de Nederlandse handelsgeest. Quartz heet het heden ten dage in het propagandaproza voor allerlei apparaatjes die nutteloos geluid voortbrengen, en ook in de horlogewinkel.
De Fransen en Engelsen noemden het altijd al quartz. In hun spelling heeft het eenvoudige zandkorreltje de grote sprong omhoog niet mogen maken. Wel bij ons.
Ik beschouw dit feit als een van de vele bewijzen dat het volk helemaal geen spellingvereenvoudiging wenst. Spelling dient om verschil van rang en stand aan te geven. De x in sexueel is verdrongen door ks sinds de pornografie bij de sigarenman naast de lucifers en de kauwgom ligt, maar daaruit mag niet worden besloten dat de Nederlander voordien nooit geweten heeft hoe de x moest worden uitgesproken. Laten we verder niet twisten over de spelling, zelfs niet wanneer deze niet fonetisch en nationaal blijkt te moeten zijn, maar ontleend aan het Engels en dus hoogst eerbiedwaardig.
Als Nederlandse directeuren, ministers en andere hoogwaardigheidsbekleders toestaan zich over hun bezigheden te laten ondervragen door een journalist, gebeurt het steeds vaker dat de gewoonste Nederlandse termen zich niet meer op hun tong wagen en de ‘manager’ er gauw een woordje Engels uitflapt, niet om te laten zien dat hij z'n best gedaan heeft op de mavo, maar dat hij van de hoed en de rand weet.
Soms worden deze Engelse kleinodiën in de krant nog cursief afgedrukt, of tussen aanhalingstekens geplaatst, maar omdat langzamerhand niemand meer betwijfelt dat onze taal veel indrukwekkender klinkt als we alle woorden door Engelse vervangen of ten minste spellen op z'n Engels, zal dit niet lang meer duren.
Tot dusver is nog niet alle Engels even geliefd, maar van ‘problemen’ als er bedoeld wordt ‘moeilijkheden’ kijkt geen mens in Nederland meer op. In Duitsland of Frankrijk trouwens even min. Het is een van de woorden die bewijzen dat de vooruitgang niet stilstaat en dat de hedendaagse taalgebruiker geleerder en vredelievender is dan zijn voorouders. Zij immers hadden last van ‘moeilijkheden’ die ‘overwonnen’ moesten worden. Of dit laatste zou lukken, was nog maar de vraag en ‘overwinnen’ klinkt bovendien zo oorlogszuchtig. Sinds de ‘moeilijkheden’ vervangen zijn door ‘problemen’ die ‘opgelost’ kunnen worden, zijn we van vechtersbaasjes veranderd in geleerden.
Moeilijker is het een verklaring te geven voor het feit dat ondernemingen en fabrieken er geen afdelingen meer op na houden, maar ‘divisies’. Dat woord ‘divisie’ was al lang gebruikelijk bij de militairen en alleen bij hen. Het maakte deel uit van de vrijwel geheel aan het Frans ontleende terminologie die sinds jaar en dag wordt gebezigd in het leger. Juist omdat ‘divisie’ die oude militaire betekenis heeft en in aanmerking genomen dat het militarisme niet geliefd meer is, verbaast de opmars van het woord ‘divisie’ in handel en nijverheid des te meer. Het kan zijn dat de militaire betekenis bezig is in vergetelheid te raken, een lot dat andere militaire termen ook bedreigt. Denk maar aan de van tijd tot tijd in de kranten opduikende ‘doodseskaders’ die, in tegenstelling tot de eskaders van de oorlogsvloot, niet op zee in actie zijn, maar op het vasteland. Zoals eskadrons dus. Aan dit onderscheid heeft de journalist die een nieuwtje uit een Engelse of Amerikaanse krant overschrijft, geen boodschap.
Wat ‘joint ventures’ zijn, is ondertussen elke vaderlandse zakenman bekend, maar dat dit woord niets anders betekent dan ‘gezamenlijke onderneming’ minder.
Diep ‘in de problemen’ raak ik als ik een directeur hoor vertellen: ‘Het concern moest global.’ Wat hiervan te denken? Dat het concern overal ter wereld aan de slag moest gaan? Of is dit een oliedomme opmerking?
En als de topman op de vraag hoe het met zekere reorganisaties is gesteld, antwoordt dat dit niet ‘in een sweeping statement’ valt te zeggen, ben ik dan een onnozele bloed als ik denk dat het ‘niet in één woord’ te zeggen viel? Volslagen ondeugdelijk voor het internationale zakenleven? Of haal ik zijn toponderneming door de modder met zulk platvloers woordgebruik? Is het alsof ik een zandkorreltje in een horloge stop in plaats van een quartz-kristal? Ik vrees van wel.
Een vertaling van het eveneens door de president-directeur gebruikte woord ‘business unit’ als ‘bedrijfseenheid’ lijkt me ronduit beledigend, en het doen van opgaven of het afgeven van verklaringen in plaats van ‘statements’ zal binnenkort wel strafbaar worden omdat het discriminerend klinkt.