Onze Taal. Jaargang 58
(1989)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 92]
| |
PCUdB■ Voorlopig blijven de lh- en rh-woorden het goed doen. Ik wil u van Ton Majoor de lh-rh-wisselreeks niet onthouden: Daar ik graag op zaterdag mijn zwarte monokini weer in de plooi zag - u weet ook reeds: ik geef mijn ergste puinhoop te koop - zegt mijn eega pijnlijk: beste hou effe op! Tabé nou. ■ Dit alles ook nog onder de aanhef gewaardeerde P. ■ Helaas is het druktechnisch onmogelijk om de lh-woorden in zwarte en de rh-woorden in rode letters te noteren, zoals T. Majoor deed. ■ Een dóékje voor het blóéden is zo ongeveer hetzelfde als een doekje tegen het bloeden, maar een doekje vóór het bloeden is heel wat anders dan een doekje na het bloeden. ■ Misschien vraagt u zich af waar ik met deze observatie heen wil. Welnu, ik ga het weer eens over accenten hebben en over de onhebbelijke gewoonte van sommigen om met accenten maar wat aan te rommelen. ■ De regel is dat voor van tijd en plaats (voorafgaand aan, aan de voorkant van) normaliter beklemtoond wordt, terwijl voor in de betekenis van ten behoeve van de klemtoon juist niet krijgt. Een uitzondering is natuurlijk het geval van contrastaccent (wie niet vóór spellingverandering is, hoeft er ook weer niet per se tégen te zijn, maar daar zullen we het nog wel eens over hebben), maar in normale gevallen lijkt mij de uitspraak de goederen zijn bestemd vóór de vluchtelingen absurd, tenzij betoogd wordt dat de goederen al een bestemming hebben gekregen voordat de vluchtelingen op het toneel verschenen. En juist deze uitspraak heb ik de afgelopen twee weken driemaal uit de mond van een omroeper op Omroep Brabant gehoord. Zou hier een streven achter zitten om het Brabantse taaleigen nog meer eigenheid te geven? ■ Nu we het toch over de spraakmakende media hebben; W. Kuilenburg uit Boxmeer merkt op dat Doris Baeten op Valentijnsdag in een gesprek met Ad den Besten het presteerde om een positief gevolg te wijten aan een oorzaak, daarin gesteund door Annie Schmidt, die op het andere net een oorzaak debet liet zijn aan een positief gevolg. ■ Dit is daarom zo interessant omdat J.C. van Dijk uit Velp juist het omgekeerde signaleert. Op een bord stond tijdens een demonstratie bij het Nationaal Monument in Amsterdam ‘Dank zij F. en A. is mijn moeder invalide.’ ■ F. en A. zijn de ex-twee van Breda, maar dit terzijde. Natuurlijk kan hier ironie in het spel zijn, maar Van Dijk constateert dat hier veeleer een leemte in de taal is. Dankzij is door positief toedoen. Door negatief toedoen, daar bestaat geen simpele uitdrukking voor. Van Dijk suggereert de combinatie verwijt zij als negatieve tegenhanger in de taalschat op te nemen. ■ Een niet onaardige suggestie, maar om de een of andere reden vind ik dat de woordenrij ‘Verwijt zij Van Dijk moet Van Dale weer uitdijen’ ritmisch niet helemaal deugt. ■ Een okselstuk, laat Arend Hermans uit Delft uit, is in Haagse kringen een nota over een gevoelige kwestie waar een ambtenaar of minister mee ‘onder zijn arm’ loopt om deze en gene te raadplegen of om te lobbyen. ■ Ik citeer de definitie letterlijk omdat uit de formulering niet duidelijk is of de omschrijver omlobbyen in zijn argeloosheid als werkwoord gebruikt. ■ Zo nee, dan zie ik het er nog van komen dat op korte termijn dit woord door gene of deze wordt gecreëerd. Als ze dan maar niet zeggen dat dat verwijt zij P.C.U.d.B. was, want ik ga hier vrijuit. ■ Overigens, als een nota als okselstuk wordt betiteld, dan houdt dat in dat de bedoelingen ervan niet op korte termijn geëffectueerd worden, aldus Arend Hermans. ■ Potvervuiling is volgens dezelfde informant het gebruik van een subsidiepot voor oneigenlijke doeleinden. Ook leuk en leerzaam. Op het eerste gehoor doet het woord sterk denken aan nestbevuiling, maar dat is natuurlijk weer heel wat anders. ■ Ik vond het aangenaam weer eens met u geconverseerd te hebben. |
|