Sjonnen en charades
Martin de Koning - Amstelveen
Zouden autofabrikanten net zo lang piekeren over de naamgeving van hun blikken kroost als wij over die van onze kinderen van vlees en bloed? En zouden ze er soms ook zo gruwelijk naast zitten? Want je zult je broed maar hoopvol Johnny of Anita hebben gedoopt en dan bij Jan ‘Turbotaal’ Kuitenbrouwer moeten lezen: ‘Een sjon is een ordinaire jongen met zijn haar lang in zijn nek, kort boven zijn oren, die een spijkerbroek draagt met zijn trui/sweater in zijn broek en gympies. Zo'n sjon heeft vaak een brommer en achterop die brommer is menigmaal een anita te vinden met lang blond, golvend, soms een beetje krullend haar (tot even over de schouders).’ Daar sta je dan met je goeie gedrag en je stijgingsambities. Even niet op de trendontwikkeling gelet en prompt degradeert de jeunesse dorée uit de componistenbuurt jouw oogappels tot kansarme jongeren!
Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat ook de families Mitsubishi, Talbot, Datsun, Volkswagen, Nissan en Seat zich aan een dergelijke taxatiefout hebben schuldig gemaakt. Ook even niet opgelet. Want wie zijn kinderen Colt noemt, of Rancho of Samba of Solara of Tagora maakt er ongewild sjonnen van. En wie ze tooit met wulpse namen als Cherry, Santana, Silvia, Sunny, Micra of Ronda, stuurt onmiskenbare anita's de wereld in.
En met prijs en kwaliteit heeft dit alles niets van doen. Er bestaan tenslotte ook heel nette Anita's en Johnny's en uiterst platvloerse Meike's en Mathieu's. Waar het om gaat, is dat de naam zorgvuldig datgene moet uitdrukken waarvoor je wilt worden aangezien. Met je naam moet je net iets boven je stand leven. Iets, niet meer, anders wordt het belachelijk.
Let u, heren autofabrikanten, maar eens goed op de naamgevingstrends bij kinderen. In dit blad had u het kunnen lezen: ‘back to basics’, dat is het weer helemaal. Overdadig is vulgair, eenvoudig is chic. Alleen minvermogenden geven hun kinderen nog buitenissige namen, de betere kringen daarentegen noemen hun erfgenamen weer eenvoudigweg Pieter of Roosje en houden het langst aan vernoeming vast.
Ongeveer dezelfde trends kunt u waarnemen bij de wat chiquere autokinderen: die heten zelden Charade of Charmant, die heten 80 of 740 of 9000, namen vol koele discretie, soms aangevuld met een geheimzinnige lettercombinatie: GL, CX, GTX, met als summum van adellijke eenvoud het geslacht Bentley, dat zijn kind van 315.240 gulden kortweg Eight noemt (‘the eighth Duke of Bentley’, dat moet garantie genoeg zijn).
Uw auto meer laten lijken dan hij is, dat is de kunst. En daarbij is de keuze van de naam van groot belang. Misschien kan de volgende formule u behoeden voor de allerergste blunders bij de naamgeving van uw nieuwste blikken bloedje:
Waarbij geldt:
Pi = prijsindruk (ligt bij stijlvolle naamgeving hoger dan de werkelijke prijs) / CC = cilinderinhoud in liters / G = geheimzinnige lettercombinatie (+3) / D = Diesel (+3) / T = Turbo (-3) / CO = cijfercombinatie (ook als die slechts cilinderinhoud uitdrukt, bij meerdere cijfercombinaties kieze men de hoogste) / N = naamfactor (0.1 tot 0.9; een indicatie voor uw keuze: geen bijnaam: 0.1; Espace: 0.3 [redelijk smaakvol]; Jetta: 0.9 [stuitend]).
Dat levert voor de Mazda 323 GLX 1500 (f 24.195,-) een prijsindruk op van f 94.386,80! Ver boven de stand, dat wel, maar het getuigt in ieder geval van gevoel voor chic.
De Fiat Croma Turbo inj. 2000 (f 51.990,-) komt daarentegen tot het zeer volkse prijsindrukgetal van f 8.223,86! Want wie een wagen van vijftig mille ‘Croma’ durft te noemen, krijgt van mij een naamfactor 0.9. Eigen schuld. Nomen est omen.