Onnodige wijzigingen
Maar wat doet de Werkgroep ad hoc Spelling? Ze doet voorstellen die veel maatschappelijke onrust veroorzaken, ondanks de verklaring van de Taalunie dat men wil voorkomen dat er een nieuwe spellingoorlog ontstaat, zoals in het begin van de jaren zeventig. De Werkgroep geeft ons niet waarop we zaten te wachten, en wel waarop we niet zaten te wachten.
De inmiddels vertrouwde c, x en q verdwijnt in woorden als kultuur, akku, skanderen, ekologie, aksent, eksellent en akwarel. Het trema vervalt in financiele, ideeen, geemancipeerd, neurien, reeel, efficient, enz. Dubbele medeklinkers in achtervoegsels, die niet nodig zijn voor de uitspraak, vervallen; voorbeelden: fietster en onmiddelijk. Voor de tussenklanken s en n komt in plaats van de oude regel een geheel nieuwe, waarin het bestaan van een bepaald meervoud de doorslag geeft; dit leidt tot koninginnendag, perenboom, memoiresschrijver en gemeentessecretaris naast gemeentensecretaris. Door een andere verandering ontstaan vlo'tje, ra'tje en piano'tje. Tot slot stelt de Werkgroep zelfs de werkwoordspelling ter discussie: ze wijst op de aantrekkelijkheid van hij vind, jij wachte, zij speeld en het gebeurd.
De Werkgroep heeft bij al haar voorstellen aangegeven dat, als haar ideeën niet worden overgenomen, ook gekozen kan worden voor het verheffen van de huidige voorkeurspelling tot de enig aanvaarde spelling (blz. 105). Ze geeft echter de voorkeur aan de beschreven wijzigingen.
De ontstane onrust over de voorstellen was niet nodig geweest als de Werkgroep beter in het oog had gehouden wat gangbaar en wenselijk is. In het rapport wordt geconstateerd dat de meeste mensen een woord spellen zoals ze het woordbeeld ervan in het geheugen hebben opgeslagen; ze leiden de spelling niet af volgens allerlei regels. Het invoeren van nieuwe regels is daarom af te raden. De taalgebruiker ziet graag voor elk woord één ‘goede’ spelling. Hij wil dat er aan het vertrouwde beeld van de huidige spelling zo weinig mogelijk verandert. H. Heestermans, hoofdredacteur van Van Dale, verwoordde dit standpunt in NRC Handelsblad van 6 maart jl.; professor Droste gaat in het hoofdartikel van deze aflevering van Onze Taal nog een stapje verder: ‘de spelling kunnen we voor de eerstvolgende eeuw maar het best laten zoals ze is’.