Verloedering in perspectief
Bij vuur vindt u zestien kolommen met spreekwoorden, zegswijzen en uitdrukkingen. Vroeg vuur, vroeg as: wat te vroeg begint (bijv. de liefde), is zo verdwenen. Gedeeld vuur brandt niet lang: tweedracht breekt kracht of macht. Het vuur met de as dekken: de zaak wat minder streng of krachtig aanpakken. Ik kan daar uren van genieten.
Iemand die regelmatig in het WNT leest, zal ook niet zo gauw spreken van ‘taalverloedering’. Hij ziet dat er in de loop van de ruim vier eeuwen taal die het WNT beschrijft (van 1500 tot 1921) veel veranderd is. Dat opent zijn ogen, en het maakt hem relativerender en toleranter tegenover wijzigingen.
Vrijpostig is voor ons negatief. Het betekent: ‘al te vrij, de grenzen van het betamelijke overschrijdend’. Vroeger duidde het woord ook een positieve eigenschap aan: ‘onverschrokken, onbevreesd’; ‘ongedwongen, los’ (in tegenstelling tot ‘statig, ernstig’).
Een woord als vroom heeft een heel scala van ontwikkelingsmogelijkheden doorlopen. Het betekent: ‘sterk, krachtig, gespierd’; ‘heldhaftig, onverschrokken’ (‘dat ick doch vroom mach blijven U dienaer taller stondt’); ‘godsdienstig’, maar ook ‘schijnheilig’.
Er zijn, als ik het wel heb, maar 800 abonnees op het WNT, voornamelijk bibliotheken en een enkele geleerde die het voor zijn of haar beroep nodig heeft. Die andere twintig miljoen Nederlandssprekenden missen veel.