Taalcuriosa
Dubbelpalindroom
Jules Welling - Best
Al jaren spaar ik foto's van auto's met een palindromisch nummerbord (bijvoorbeeld SH-11-HS), en degene die mij zo'n foto levert, kan rekenen op een prijsje.
De kans dat iemand een auto met een palindromische kentekenplaat ziet, is buitengewoon klein; de kans dat hij dan ook nog een camera bij zich heeft, is zo goed als verwaarloosbaar. Toch heb ik al meer dan veertig van dat soort foto's.
De schrijver Tim Krabbé vertelde me eens dat hij in Amsterdam twee naast elkaar geparkeerde auto's met een palindromisch nummerbord had gezien. Hij was naar huis gesneld om een camera te halen, maar toen hij weer ter plaatse kwam, was er één verdwenen. Een werkelijk ongelooflijk curiosum wist nog net aan registratie te ontsnappen. Ik mis het wiskundig vermogen om de kans op een dergelijk toeval uit te rekenen, maar ik voel op mijn klompen aan dat het één op de vele honderdduizenden moet zijn.
Vanzelfsprekend heb ik me ook afgevraagd of het dubbelpalindroom - zo noem ik het maar even; het verschijnsel is zo zeldzaam, dat er geen naam voor bestaat - ook in de taal bestaat. Zoals te begrijpen valt, was het stellen van de vraag aanzienlijk gemakkelijker dan het vinden van het antwoord.
Na heel lang zoeken, kwam ik de stripfiguur ‘Popeye’ op het spoor. Hier doet zich het fenomeen inderdaad voor: ‘pop-eye’, twee palindromen achter elkaar. Mijn zin voor curiosa werd echter pas echt bevredigd toen ik het stripfiguurtje kon vervangen door een mens van vlees en bloed: Ada Kok, veelvoudig zwemkampioene en van nu af aan ook ‘taalcuriosum’.