Onze Taal. Jaargang 57
(1988)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 118]
| |||||||||||||||
Streepjesstaatje
| |||||||||||||||
Woordspelingen
|
- | Het schip waarmee men redding bood noemt men terecht een reddingboot; |
- | wat bij het naaien haar vinger hoedt dat noemt zij haar vingerhoed; |
- | het probleem waarmee vluchtelingen kampen is het verblijf in vluchtelingenkampen; |
- | ontheemden moesten hun thuis lozen ze werden daardoor thuislozen; |
- | zie je daar die rijtjes huizen? dat zijn echte rijtjeshuizen; |
- | voorzichtig liep de kat terug met een hoge katterug; |
- | hij sprak over macht en overmacht. |
De tripmadam
A. van de Wetering - Driebruggen
Kent u die jazzzangeres uit de Churchilllaan die in een stresssituatie tijdens de bureauüurtjes op een Naumannnaaimachine (dus niet een van de Pfafffabrieken) overalllabels met een beoöog en een zeeëend aanbracht en die's avonds op de televisie (met een 1000-watttransformator) een skifffinale en een nuntiïïnwijding zag terwijl zij een Knorrrecept naäapte en tijdens het journaal vernam dat er een shampooöorlog dreigde?
Tantes testament
M.F. Beusekamp - Hengelo
Tjeerd Tadema trof tante Triene toevallig thuis. Tantes tanige, tot tranen toe treurende tronie trof Tjeerd terstond. Tante troostend toesprekend trad Tjeerd tante tegemoet: ‘Tante toch!’ ‘Tjeerd’, teemde tante teder, toch tamelijk tragisch. Tijdens 't theeuurtje, toen tante tevreden theedronk, tikte tantes toestel tijdelijk, tegelijkertijd tamelijk treiterende teerstank teweegbrengend, totdat't toestel tenslotte totale toonloosheid toonde. ‘Toe, Tjeerd, toon tante terstond technische trucjes.’ Tante Triene toonde Tjeerd 't trieste tafereel. Tegenover tantes troetelkind, 't twintigjarige tweekrings tafeltoestel, toonde Tjeerd talrijke typische testmethoden, tuurde technisch. ‘Tja’, teemde Tjeerd tenslotte tamelijk timide tot tante: ‘trieste toestand: twee trioden, transformator, toonregelaar, tevens twee teercondensatoren terziele. Tamelijk tijdrovende taak trouwens. Taxeer tarief tenminste twee tientjes.’ Tjeerd trok talrijke tangen tevoorschijn, tevens tinsoldeer, terwijl tante twijfelend toekeek. Tantes talloze tegenwerpingen trotserend trok Tjeerd theatrale, trouwhartige tronies; toonde tante toen trots't tjokvolle toestelinwendige. ‘Tjonge, Tjeerd. Talloze tolletjes, tapjes, trimmertjes, tevens talrijke touwtjes. Toch treffende technische triomf!’ Tjeerd twistte tijdelijk twee twijfelachtige touwtjes tezamen, 'tgeen toevallig terstond treiterend taterende trompetten tevoorschijn toverde. Triomfantelijk tuurde Tjeerd tantewaarts. 't Toestel trompetterde treiterend taptoes, tante totaal terroriserend. ‘Tjeerd!’ tierde tante Triene tenslotte, ‘thans toch terstond 't triviaal tetteren totaal tenietdoen!' “Tja”, teemde Tjeerd triest, “tamelijke tegenvaller. Toonregelaar thans totaal toegedraaid, terwijl toestel toch toetert. Typisch!” Tante telefoneerde terstond theateragent Theo Tonaris, tevens tantes toeverlaat: “Trek terstond testament terug. Thans toevluchtshuis ter troosting teleurgestelde toneelspelers totale ton; Tjeerd Tadema twee tientjes, tevens 't teakhouten tafeltoestel toewijzen.” Tjeerd trok teleurgestelde tronie, tuimelde totaal teneergeslagen tegen tantes theetafel, terloops twaalf theekopjes teraarde trekkend. Toen tante Triene terugkeerde, trapte Tjeerd Tadema toornig tantes teakhouten tafeltoestel tuinvensterwaarts.