| |
| |
| |
[Nummer 7/8]
| |
| |
| |
Hongaarse woorden in het Nederlands
De verraderlijkheid van gelijkenis
Dr. Antal Sivirsky - Den Haag
Wat zijn Hongaarse woorden en wat is Nederlands? Een zuigeling heet in goed Nederlands een baby. Zuigeling komt nog alleen in de samenstelling zuigelingensterfte voor, en die narigheid heeft goed toegeslagen want er worden nog slechts baby's geboren. En Hongaarse woorden? Er zijn maar weinig woorden rechtstreeks uit het Hongaars in het Nederlands terechtgekomen. Naar verluidt had Koning Willem III bewondering voor Hongaarse uniformen en zo zouden in het geval van de Hongaarse tuniek, attila genaamd, zowel het voorwerp als de naam zijn overgenomen. Veelal is echter het Duits als intermediair opgetreden. In een studie naar Hongaarse woorden in het Nederlands moet men een groot aantal valkuilen vermijden. De meeste daarvan zal ik bespreken.
| |
Overeenkomst is nog geen ontlening
Er is een opmerkelijk woord zowel in het Nederlands als in het Hongaars: robot. Sedert eeuwen is het woord in het Hongaars gangbaar voor herendiensten; na de feodale tijd werd het gebruikt voor ‘sjouwerswerk’, het werkwoord robotolni betekent ‘ploeteren’. Het woord is echter van Slavische oorsprong, werd in het Duits opgenomen en kwam uit die taal in het Hongaars terecht, waar het al in de 17e eeuw algemeen gebruikelijk was. Het internationale, dus ook het Nederlandse woord voor de werkautomaat (automatische mens) werd voor het eerst gebruikt door de Tsjech Karel Čapek, in zijn toneelstuk R.U.R. (1920), en is niet aan het Hongaars ontleend.
Een misleidend, komisch woordpaar. Het Hongaarse kész[kees] betekent klaar. Volgens informanten was ik niet de enige die bij het horen van de uitdrukking ‘Klaar is kees’ meende dat a) onze Nederlandse gesprekspartners ter wille van de duidelijkheid de Hongaarse vertaling van klaar bezigden, en b) dat het Hongaarse kész in de Nederlandse woordenschat was opgenomen. Stoett laat in zijn Nederlandse spreekwoorden zien dat de uitdrukking puur Hollands is.
| |
Klankvorm is verraderlijk
Soms kan de klank van een woord een aanwijzing geven omtrent de herkomst. Het Hongaarse woord goelasj ligt niet zo gemakkelijk op de tong en in het gehoor; de ‘sj’ ontbreekt immers als slotklank in ons fonetisch stelsel. De uitheemse herkomst van goelasj is dan ook duidelijk. Maar de klankstructuur van een woord is niet altijd een betrouwbare aanwijzing omtrent de herkomst ervan. Dat blijkt uit de woorden kolbak en tulp. Kolbak klinkt niet vreemder dan sjoelbak of wolzak en alleen de distinctieve aanvangs-t van tulp geeft aan het woord een andere betekenis dan de rasechte Nederlandse woorden hulp of wulp. Toch zijn kolbak en tulp leenwoorden; kolbak is nog tot daaraantoe, maar dat onze nationale bloem en roem van Hongaarse bodem zou zijn, gaat velen te ver. Beide zijn echter leenwoorden die geïntegreerd zijn in onze taal.
Overneming en ontlening zijn hachelijke onderwerpen in de taalwetenschap. Sommige woorden die zowel in het Hongaars als in het Nederlands voorkomen, hebben een gemeenschappelijke wortel in een derde taal. Zo is het Hongaarse woord voor ‘pruim’ szilva (Servokroatisch: sliva). In het Middelnederlands bestond slee(uw) voor ‘pruim’, een woord dat in het hedendaagse Nederlands nog in de samenstelling sleedoorn gangbaar is. Is slee van Hongaarse of van Servokroatische oorsprong? Of hebben die talen het woord van ons overgenomen? Geen van beide. Slee(uw) en sliva gaan terug op een Indo-Europees (= Indogermaans) woord.
| |
Zwerfwoorden en remigranten
Sommige woorden komen in allerlei talen voor, zoals de woorden gas (Hongaars: gáz) en bordeel (Hongaars: bordély). De oorsprong van deze woorden staat niet vast: het zijn internationale woorden of zwerfwoorden. Bordély klinkt voor de Hongaren even inheems als borbély ‘barbier’, dat onomstotelijk aan het Duits is ontleend. Duits Bordell is echter jonger dan Hongaars bordély; zou hier een omgekeerd proces plaatsgevonden hebben? Er zijn ook woorden die onbetwistbaar Hongaars zijn, maar niet per se oorspronkelijk Hongaars. Een voorbeeld daarvan is paprika; woord en vrucht komen uit Hongarije (de vitamine-onderzoeker Szentgyörgyi heeft er de Nobelprijs aan te danken). Het is echter geen oorspronkelijk Hongaars woord, maar waarschijnlijk een zeer vroege ontlening aan het Slavisch en uiteindelijk terug te voeren op het Indogermaanse pepr (peper).
Ten slotte zijn er ook woorden die, na omzwervingen in vreemde landen, met een gewijzigde betekenis in de oorspronkelijke taal terugkeren. Het Servokroatische gazda (baas, chef) bijvoorbeeld is aan het Hongaarse gazda ontleend, maar weinig Kroaten weten dat gazda op zijn beurt weer een verhongaarsing is van het Servokroatische gospoda. Net zo is het Franse boulevard, dat van het Nederlandse bolwerk afstamt, als wandelgelegenheid bij ons teruggekeerd. Samenvattend: ontlening aan enige taal bewijst niets over de oorsprong van die ontlening; de donor kan óók ontvanger zijn.
| |
Indeling in categorieën
Na al deze inperkingen en waarschuwingen wordt het tijd om eens te kijken op welke gebieden het Hongaars zijn invloed op het Nederlands heeft doen gelden. We kunnen dan de volgende categorieën onderscheiden:
1. | Woorden afgeleid van plaatsnamen: Tokajer (wijn), Boedapester (eigennaam van de vroegere Haagse ‘blauwe tram’), koets (afgeleid van het Hongaarse kocsi, genoemd naar het dorp Kocs bij Györ). |
2. | Termen uit het militaire bedrijf: huzaar, heiduk, pandoer, honved, sabel. |
3. | Kleding (veelal militaire tenues): dolman, attila, kolbak, sjako. |
4. | Spijs en drank: goelasj, salami, paprika, kolbas, mede. |
| |
| |
5. | Termen uit land- en volkenkunde: poesta, zigeuner, Madjaar, tolk. |
6. | Muziek- en danstermen: csárdás, lassan, frissen. |
7. | Plantnamen: tulp, malva. |
Op een drietal van deze categorieën gaan we hieronder wat uitgebreider in.
| |
Militaire termen
Het woord huzaar is waarschijnlijk via het Duits ontleend aan het Hongaarse huszár. Van dit woord is een onjuiste, maar romantische etymologie in omloop. Huszár zou volgens deze etymologie zijn samengesteld uit de begrippen húsz (twintig) en ár (prijs), waarmee werd bedoeld dat de prijs van één huszár twintig (vijanden) was. Huszár is echter geen oorspronkelijk Hongaars woord; het is waarschijnlijk in het Servokroatisch ontstaan uit de versmelting van het Latijnse corsarius (piraat) en het Servokroatische huserb (rover). Als benaming van (een onderdeel van) het wapen der cavalerie is het Nederlandse woord van Hongaarse oorsprong.
Minder gangbaar dan huzaar zijn in het Nederlands heiduk en pandoer. Voor een Hongaar is hajdú (mv. hajdúk) de naam van een volksstam waarnaar ook de provincie Hajdú(-Bihar) is genoemd. In de betekenis van infanterist en veedrijver is het in 1514 aangetroffen. Volgens Van Dale betekent het ‘lichtgewapende Hongaarse soldaat’. Vóór de Volksrepubliek was een hajdú een geüniformeerde beambte van het provinciale bestuur, geen legeronderdeel.
Pandoer, Hongaars pandúr, is in zijn oudste (1602) betekenis voetknecht. In 1607 komt het in de betekenis vrijbuiter, rover voor, maar in het Servokroatisch betekent het juist opsporingsambtenaar. De herkomst is onzeker; het Hongaars fungeerde weer als doorgeefluik. Voor de benaming van het kaartspel pandoeren heb ik een voorzichtige verklaring. In Hongarije wordt van oudsher met ‘Hongaars-Helvetische’ kaarten gespeeld, die andere plaatjes hebben dan de hier gebruikelijke; mogelijk heeft men in de afgebeelde stugge koppen pandoeren gezien en aanvankelijk met die kaarten het spel gespeeld.
Een andere mogelijke ontlening uit het Hongaars is het woord sabel, dat afkomstig kan zijn van het Hongaarse szablya (van szabni = snijden); het zou echter ook een zwerfwoord kunnen zijn, waarbij de Hongaarse taal een belangrijke rol in de verspreiding heeft gespeeld.
| |
Eten en drinken
Van de Hongaarse woorden die spijs en drank benoemen, is paprika al onder het kopje ‘zwerfwoorden’ besproken. Goelasj (Hongaars gulyás) is de afleiding van het oer-Hongaarse gulya of gúlya, rund of runderkudde, thans alleen in de laatste betekenis gangbaar. Gulyás betekent ook herder van de runderkudde. Als maaltijdsoep is het woord allengs geïsoleerd van zijn oorspronkelijke betekenis; maar als de soep niet van rundervlees wordt getrokken, wordt het belangrijkste ingrediënt expliciet genoemd. Birkagulyás is goelasj van schapevlees.
Salami, Hongaars szalámi, heeft een interessante historie die we letterlijk met een korrel zout moeten nemen, al was het maar omdat het woorddeel sal voor zout staat. In Italiaanse woordenboeken worden salume, salumi, salamaio met gerookte vleeswaren in verband gebracht met voorbijgaan aan het sal. Italiaans salame betekent wel salami. Italiaanse kunstenaars en handwerkslieden die (in de 17e en 18e eeuw) in Hongarije werkten, zouden bij hun terugkeer verduurzaamde vleeswaren hebben meegebracht. De klein gehakte blokjes vlees werden met zout en specerijen geconserveerd en in darmen samengeperst luchtdicht afgesloten. Het is niet uitgesloten dat de worsten ook nog gerookt werden; dat is immers ook een vorm van sterilisatie. De Hongaarse naam is met het produkt internationaal geworden, maar het Hongaars was weer een doorgeefluik.
Tijdens de laatste decennia zijn er verschillende nieuwe namen van dranken en gerechten in Nederland bekend geworden. Wat de Nederlandse oorlogswinst van de Hongaarse revolutie van 1956 is en wat op rekening van het vreemdelingenverkeer komt, is niet uit te maken. Vóór 1956 was in Nederland al kolbász verkrijgbaar; onze slager zegt ‘kolbas’. In de Sterreclame word Stierenbloed aangeboden; dat is de letterlijke vertaling van Bikavér, waar ook een aandoenlijk verhaal achter schuilt: een Turkse moslim zou door zijn superieur op wijndrinken betrapt zijn; de drinker verdedigde zich door te beweren dat de drank geen wijn was maar stierebloed, waar hij sterk van werd. Bij de controle door de superieur werd dat beaamd.
| |
Hongaarse rhapsodie
Rika Csardas (Wijze: Ritka buza, ritka arpa)
Aszick vamme werc komcseggic
Em ma proppe, etep proppe
Tottic nedde crantep emme
leckurre segret, danszeg tse
Aszick csavus im melyche mostap
Em ma pitte, muffup pitte
noggetuc kydoe, danszeg tse
Uit: G. Komrij De Nederlandse poëzie van de 19e en 20e eeuw in 1000 en enige gedichten. Amsterdam, Bert Bakker: 1979, p. 805.
| |
Plantnamen
Namen van planten en dieren zijn minder internationaal dan termen uit de natuurkunde en de techniek, omdat landbouw en veeteelt tot de oer-economie van alle volkeren behoren; daarvoor bestaan inheemse woorden. Sierbloemen zijn echter vrij internationaal. Zinia is in het Hongaars ook zinia, malva is mályva. Omdat er een plantesoort Hongaarse malva bestaat, denkt men aan overneming uit het Hongaars. Beide talen hebben het
| |
| |
woord echter uit het Latijn. Met méh (bij) en méz (honing) is het weer anders. In het Middelnederlands kende men de honingdrank mede, in het hedendaags Nederlands is het woord nog aanwezig in meekrap (die ook nog maar weinigen kennen). Méh en méz zijn Hongaarse woorden, hoewel ze misschien een Germaanse oorsprong hebben. Als er in dit geval al sprake is van ontlening, dan heeft deze in voorhistorische tijden plaatsgehad.
Tot slot, het vergif zit in de staart, de tulpenaffaire. In de 16e eeuw behoorden zowel de Nederlanden als Hongarije tot het Habsburgse Rijk. In die tijd was de Hollander A.G. Busbecq diplomaat aan het Habsburgse keizerlijke hof. In 1554 ontwaarde hij bij een bezoek aan Drinápoly (Edirne) een bloem, met de naam tulipán, die op een Turkse tulband leek. Zou dat woord afgebrokkeld zijn tot tulp? In vroegere eeuwen heette de tulipán ‘de Hongaarse bloem’ en ze werd het motief bij uitstek in de kunstnijverheid. De bruidskisten werden met tulpenmotieven versierd en heetten zelfs tulipános láda. Het Hongaarse borduurwerk, in het bijzonder het ‘Matyó’ is een en al tulp. Maar hoe komen ze aan de naam tulipán?
Tuli is een Oudhongaars synoniem voor piros, dat is rood. ‘Roder dan rood’, knalrood, heet heden ten dage nog tulipiros. Pan is een Slavisch woord voor heer. Het rode heertje zou een aannemelijke verklaring zijn, maar de taalwetenschap is er huiverig voor. Voor mij komen het Franse tulipe, het Engelse tulip, en het Nederlandse tulp het dichtst bij het Hongaarse tulipán. Hoe dit woord in het Hongaars is terechtgekomen, moeten we in het midden laten.
|
|