Onze Taal. Jaargang 56
(1987)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 52]
| |
PCUdB■ Dames en heren, een omvangrijke stapel van woordstapels ligt ter bespreking te wachten. ■ Een lezer (geen stapelaar) attendeerde mij erop dat ik een keer wachten op bezigde waar het opwachten moest zijn (adstrueerde dit voorbeeld met het verschil tussen zij wacht op hem in de steeg en zij wacht hem in de steeg op, wat nogal uiteenlopende reacties bij het lijdend voorwerp in beide zinnen zou kunnen veroorzaken, maar dit dus terzijde). ■ Een aantal stapelinzenders doet een gooi naar de kerstprijs met variaties op het bekende ik zou jou wel eens enzovoort. Mr. E Zeiler spant de kroon met Ik zou de mensen die beweren ‘Je zult mijn woorden: ik zou jou wel eens hebben willen zien blijven staan kijken, moeten blijven geloven’, kunnen vermóórden. Twaalf infinitieven dus. ■ Sander Hilarius haalt er slechts tien maar heeft daarnaast een zin met vijf en een half maal haar: toen Anna eens ging vergelijken of haar haar even mooi was als dat van Maria, bleek haar haar haar haar haar haarfijn te overtreffen. ‘Half’ voor haar in haarfijn dus. Een aardige pinksterprijsvraag (die ik, voor alle duidelijkheid, niet zal uitschrijven) zou daarin bestaan dat lezers moeten wedijveren om het grootst mogelijke aantal interpretaties dat aan deze zin gegeven kan worden. ■ Maar de volgende zin zou een nog beter ontleedwerkstuk opleveren. ■ Dat is de inzending van zr. B. van Straaten uit Hilversum, die de volgende dialoog heeft geconstrueerd: W. morgen! K. morgen! W. morgen. K. morgen? W. morgen. K. morgen. W. morgen!. K. morgen. ■ Zelf voegt zij een dieptestructuur toe die mij niet de sterkste lijkt. De grote charme van dit taalbouwsel ligt in de polyinterpretabiliteit. ■ De prijs zou ik dan op volledig subjectieve overwegingen van originaliteit aan deze inzending willen geven. ■ Die zal dus in een boekebon bestaan. (Hiermee is ook aan het bezwaar van de heer Willem Mooyman tegemoet gekomen.) ■ Ook de overige inzenders worden bij dezen bedankt voor de inspanningen die zij zich hebben willen getroosten. En passant zij nog vermeld dat dezelfde B. van Straaten vindt dat je moeilijk kunt zeggen dat twee personen samen een knopdruk als startschot hebben gegeven (zie Onze Taal nr. 12 van vorig jaar). ■ Samen, aldus de prijswinnares, schijnt te suggereren dat er geen hiërarchisch onderscheid tussen de personen in kwestie bestaat, terwijl de handeling zelf wel op een verschil in status zou wijzen. Het is best mogelijk dat dit ook door anderen zo gevoeld wordt, al kan ik de redenering niet helemaal volgen. Samen Maar ik heb een soortgelijke bevreemding bij het gebruik van het woord beiden in een zin van het type die men af en toe en hier en daar kan lezen: beiden waren vijanden van elkaar. ■ Voelt u hem? De uitdrukking lijkt op het eerste gezicht volkomen legaal: zonder bezwaar is zegbaar zij waren vijanden van elkaar. Ze waren allen vijanden van elkaar gaat ook nog; ze waren allebei vijanden van elkaar wordt al vreemd: hoe zou van twee personen er bijvoorbeeld slechts één vijanden van elkaar kunnen zijn (of vijand van elkaar desnoods)? Problemen dus. ■ Meer problemen. Mevrouw J.J. Hoenderkamp-Schreuder legt uit dat een erge verbazing echt niet kan en dat die uitdrukking voor een taalgevoelig mens ook niet aan te horen is. ■ Als dat zo is, dan moet op grond van de argumenten die ze levert een hele vooruitgang ook niet om aan te horen zijn. Hele in die betekenis komt namelijk van het bijwoord heel = erg = uitermate en niet van het adjectief heel = compleet = ongebroken. ■ Niet dat ik de erge verbazing van dezen en genen dagelijks zou willen aanhoren, maar waarom komt de ene uitdrukking verloederder op ons over dan de andere? ■ Ik ben in staat om me in hele erge bochten te wringen teneinde op dit vraagstuk een leerrijk antwoord te kunnen geven. ■ Ten slotte wil ik wijzen op een vertaling uit de informaticasfeer, mij aangereikt door jhr. mr. D.J.W. Teding van Berkhout die het woord database tot databeest heeft omgedoopt. ■ Volksetymologie noemt hij zulks, al betwijfel ik of die term hierop van toepassing is - niettemin, het heeft iets aardigs. |
|