Taalcuriosa
Puntijsje
Jules Welling - Best
Engelse vrienden van me vinden het altijd gemakkelijk en amusant te weten, dat ik in het Brabantse Best woon en werk. Ook in hun taal heeft het woord ‘best’ de overtreffende-trapbetekenis van het woord ‘goed’; ‘good’ in hun geval. Bij een plaatsnaam als ‘Leek’ - Leek ligt in de buurt van Groningen - beginnen hun ogen echter te knipperen, want in het Engels betekent ‘leek’ wat wij ‘prei’ noemen, en wie noemt er nu een plaats ‘Prei’? Lent is voor ons een plaatsje in de Betuwe, maar Engelsen denken bij het horen van het woord ‘Lent’ helemaal niet aan ons Lent, maar aan ‘vastentijd’ of aan het voltooid deelwoord voor ‘lend’, dat bij ons ‘aanreiken’ of ‘lenen’ betekent. Andersom gaat dit curiosum natuurlijk ook op. Geen Oostenrijker denkt bij ‘Wenen’ aan ons huilen. Dat ligt ook wel voor de hand, want de Oostenrijker spelt de naam van zijn hoofdstad als ‘Wien’, een woord dat wij ook wel kennen, al komt het steeds minder vaak voor. Maar ‘Wien Neerlands bloed door d'aderen vloeit’ mag toch bekend verondersteld worden. Geen Duitser denkt bij Bonn aan ons woord voor bekeuring - die ene ‘n’ doet er in de uitspraak niet toe - en geen Jordaniër denkt bij de stad Maan aan ons hemellichaam.
Als u de atlas erbij pakt, zijn er vast nog wel treffender voorbeelden te vinden, maar het gaat in dit kader natuurlijk om het meest curieuze voorbeeld. Dat vind ik vooralsnog ‘Konotop’. Wat denkt u bij het horen van dit
woord? Tien tegen een dat u denkt aan een bepaald soort puntijsje in een speciale verpakking. Als u dat denkt, bent u normaal. Slechts verstokte curiosisten denken dan aan de stad Konotop, een plaats groter dan Amsterdam. U mag het controleren. Konotop ligt in de Sovjet-Unie, ‘iets’ ten oosten van Kiev.
Kijk, dat vind ik nu curieus.