Hoe genaamd
Bezuiden
Riemer Reinsma
Bent u wel eens iemand tegengekomen met de achternaam Bazuin of Bezoen? Die naam heeft niets te maken met het muziekinstrument, de bazuin. De naam Bezoen is afkomstig uit Drente. Het is een samentrekking van Bezoeden, Drents dialect voor Bezuiden. Iemand die zo heette, woonde oorspronkelijk dus ten zuiden van..., ja, van wat? Het kan niet anders of er is een stuk van die naam afgesleten, een of ander zelfstandig naamwoord. Maar daarover straks meer.
Eerst iets over andere namen van dit zelfde type. Je zou verwachten dat er ook mensen zijn die Benoorden heten, Beoosten of Bewesten. Vreemd genoeg is dat niet zo. Maar lang geleden hebben die namen wèl bestaan. Een archiefstuk uit 1595 vermeldt een onderwijzeres die Anna van Bewesten heette, en een stuk uit 1356 noemt de naam Lieffart bi Noerden.
Terug naar de vraag, bezuiden of benoorden wat die mensen woonden. Er heeft, merkwaardig alweer, maar één familienaam van dit type bestaan waar het zelfstandig naamwoord wèl bewaard gebleven was: de naam Boosterhee (in Zeeuws-Vlaanderen). De naam betekende ‘beoosten de Ee’. Ee is een oude naam voor een waterloop.
Andere familienamen van dit type schijnen er, als we op de namenvorsers mogen afgaan, niet te zijn. Toch zou je een naam als Boosterhee qua opbouw heel goed kunnen vergelijken met een aardrijkskundige naam als Bezuiden-hout. Deze stadswijk in Den Haag ligt ten zuiden van het Haagse Bos, vroeger ‘de Hout’ genoemd. En het lijkt dan ook heel goed denkbaar dat een deel van de Bezuidens in een ver verleden bezuiden een of andere ‘hout’ heeft gewoond.
Nu we het toch over het Bezuidenhout hebben: zou er in Den Haag nou echt niet iemand wonen die nog steeds de volledige naam Bezuidenhout draagt en aan de aandacht van de naamkundige onderzoekers is ontsnapt? Ik sla het Repertorium van Familienamen erop na. Bazuin staat erin, Bezoen ook, en Bezuien en Bezuiden ook. Maar Bezuidenhout? Nee, niemand. Voor zover er ooit een achtervoegsel ‘hout’ achter gestaan mocht hebben, is dat overal verdwenen.
We zullen wel nooit weten of er onder al die Hagenaars met de naam Bezuien misschien eentje is van wie de stamvader ooit bezuiden de Hout heeft gewoond. Ten zuiden van de Haagse Hout, het Haagse Bos.
Lit: B.J. Hekket. Bezoen. Naamkunde 1973; 5: 76-78.