Nieuwkomers
Negatieve groei
Riemer Reinsma
Het Nederlands kent bij mijn weten geen ‘omkeringseufemismen’. Ik bedoel eufemismen van het type dat George Orwell voorspelde in ‘1984’: het ministerie van Oorlog heet in Nieuwspraak Minivree, een kamp voor dwangarbeiders heet ‘vreugdekamp’.
Onze eigen eufemismen zijn weliswaar ietwat hypocriet, maar druisen niet zo regelrecht in tegen wat de spreker er ‘werkelijk’ van vindt. En tot voor kort meende ik zelfs zeker te weten dat bepaalde eufemismen in het Nederlands alleen denkbaar waren zolang ze maar niet al te zeer als ‘leugenachtig’ werden gevoeld. Een klassiek voorbeeld dat mijn mening stutte was ‘arbeidsreserve’, in betere tijden het woord voor de gezamenlijke werklozen. Maar sinds de recessie het aantal werklozen omhoog heeft gejaagd is ‘arbeidsreserve’ spoorloos, althans in deze betekenis. Wel wordt de term nu in een nieuwe, veel minder eufemistische betekenis gebruikt; de econoom Van Hulst zei onlangs dat er ‘in elk bedrijf een interne arbeidsreserve’ bestaat: verborgen werkloosheid. Was ‘arbeidsreserve’ in zijn oude betekenis te schrijnend geworden, nu er meer dan 800.000 onvrijwillig werklozen zijn? Zijn er, taalkundig gezien, grenzen aan de Nederlandse hypocrisie?
Ik betwijfel het, want er blijken toch wel degelijk plekken in het vocabularium te zijn waar de hypocrisie welig tiert, en zelfs riekt naar zo'n Griekse bezweringsformule. Zoals men weet is in de jaren zeventig ‘nulgroei’ opgekomen, een vriendelijk woord waarvan de eerste lettergreep de laatste ontkent. Naast ‘nulgroei’ ontstond ook ‘nullijn’, een loonpolitieke maatregel waarbij werknemers afzien van reële inkomensverbetering.
Toen de economie nog verder in elkaar zakte kwam ook ‘minlijn’ op. Vol spanning vroeg ik mij af of ons nu ook nog ‘mingroei’ te wachten stond. Het ongelooflijke gebeurde. De econoom Van Duijn liet zich in zijn NRC-column onlangs... wel niet ‘mingroei’, maar dan toch de kreet ‘negatieve groei’ ontvallen. ‘In 1977’, schreef hij, ‘toen er overal herstel was, was Zweden het enige Europese land met negatieve groei’. Eufemismen zijn blijkbaar als elastiek: wordt de ellende erger dan rek je de terminologie gewoon een beetje mee. Geen verschijnsel zo erg of er kan een keurig camouflagewoord bij verzonnen worden.
Maar als het dan zo is dat je zelfs voor de meest massale ellende zulke bizarre termen kunt gebruiken als Van Duijn doet, waarom is dan ‘arbeidsreserve’ verdwenen? Ik houd het erop dat ‘arbeidsreserve’ in onbruik is geraakt doordat het nu eenmaal vanouds is geassocieerd met een klein aantal werklozen. Deze hypothese heeft als consequentie dat de nieuwe massale werkloosheid om een nieuw eufemisme vraagt. Dat nieuwe woord zal wel niet lang op zich laten wachten.