Een onwoord (8): beterback
R.-H. Zuidinga - Amsterdam
Taal blijft boeien, niet in het minst door haar onvoorspelbaarheid. Jarenlang leek het in de meer swingende sectoren van levensbelang een naam te voeren uit willekeurig welke taal als het maar niet Nederlands was. Voorkeuren gingen uit naar Frans - via boutique en boulangerie naar croissanterie en croquanterie: ‘een ovenverse Franse traditie’ - en Engels - coffeeshop, hairstylist en art gallery - en omzetten bereikten ongekende hoogten.
Maar de middenstand is, evenals de taal, dynamisch dus dat komt goed uit. Toen vernieuwing geboden was, gingen de gedachten niet uit naar andere talen - Vlaams, Schots, Amerikaans - zoals wij, a-commerciële letterwurmen, zouden vermoeden. Er werd een halve stap teruggezet: met behoud van de uitheemse oorsprong kreeg het naambord een Hollandser teint. Cappuccino kan sedertdien worden verworven in een koffieshop (ook voorkomend als koffiesjop), coupe soleil bij een haarstylist. Automobilisten met haast en panne vervoegen zich bij Fastfit uitlaatcenter en remcenter. De fietsenstalling van het met sloop bedreigde stationsgebouw in Hilversum presenteert zich, niet zonder trots, als De Freewieler. De synthese van wat onverenigbaar scheen, de warme omarming van het beste wat twee talen te bieden hebben.
Dat deze verbale verbroedering, deze grenzenoverschrijdende pas-de-deux, dit woordakkoord nog lang niet ten volle is beproefd, blijkt uit een advertentie van Uitgeverij A.W. Bruna & Zoon waarin een nieuw type boek geïntroduceerd wordt: ‘de Beterback, het betere boek voor de prijs van een paperback’. De Beterback! Niet alleen zou een normaal gezond mens er niet op komen, zij zou er zelfs niet op dùrven komen. Maar her en der in ons taalgebied zitten creatieve geesten die met hardnekkige regelmaat de vondst van hun leven doen en dit keer leverde zo'n eruptie de Beterback op. (‘Als een goed boek niet genoeg is, neem dan de Beterback’.) De Beterback! Het woord komt vijf keer voor in de advertentietekst, alle malen voorzien van een R in een cirkeltje, ten teken dat de trotse vader het scheppingsrecht claimt. Mij heugt de tijd dat zulk recht alleen werd vastgelegd als men vreesde door een slagvaardig concurrent van de vondst beroofd te worden. Voor die angst lijkt in dit geval weinig grond.