Het gezegde & co.
J.M. van der Horst
Hoe komt de verstandskies aan zijn naam? Altijd gedacht dat het een samenstelling was van verstand en kies, een kies die pas laat komt, evenals het verstand. Heel wat mensen, waaronder tandartsen, leggen het woord anders uit. Het zou samenhangen met de verre stand van de bedoelde kies. Toen ik voor het eerst die uitleg hoorde, heb ik die origineel maar onjuist genoemd. Inmiddels ben ik verder gaan vragen, en mijn eerste zegsman blijkt bepaald niet alleen te staan. Als het een vergissing is, en dat blijf ik voorlopig denken, dan toch een min of meer gangbare vergissing. Hoe algemener gangbaar, hoe interessanter. Geldt niet voor waarheden, wel voor vergissingen. Al jaren geef ik les aan een instituut waarvan veel mensen denken dat het niet meer bestaat. Voor mijzelf is dat prettig, maar voor al diegenen die er hadden kunnen studeren, maar het niet doen omdat ze denken dat het niet kan, onaangenaam. M.O.-Nederlands. Er is jaren geleden inderdaad sprake geweest van opheffing, in verband met de zogenaamde Nieuwe Leraren Opleiding. Maar de behoefte aan een avondstudie bleek toch groot. Vroeger waren het vooral onderwijzers die verder studeerden voor een M.O.-akte. Tegenwoordig bieden de M.O.-opleidingen een hogere-beroeps-opleiding talenstudie in de avonduren die onderwijsbevoegdheid geeft maar ook veel studenten trekt die geen leraar willen worden. In de boekhandel, bij de pers, bij radio en televisie, in musea, in de reprensentatieve sfeer van het bedrijfsleven, enz., bestaat steeds weer veel waardering voor een brede opleiding in de Nederlandse taal en literatuur. Men krijgt de akte dan ook niet voor niets. In drie of vier jaar (respectievelijk derde en tweede graads akte) komen tekstanalyse, grammatika, moderne literatuur, jeugdliteratuur, sociolinguistiek, tweetaligheid, oude literatuur, discussiëren en schrijven aan de orde. Opleidingsinstituten
zijn overal in het land. Maar wie er niet van weet, heeft er niets aan.
Op de enquête in het maart-nummer hebben slechts twee personen gereageerd. De stelling luidde: ‘Kruisraketten zijn veel gevaarlijker dan vormingswerkersjargon of het foutief gebruik van dus; bijgevolg is het verzet tegen kruisraketten belangrijker dan het verzet tegen onjuist gebruikt van dus of “jezelf tegenkomen”.’ De vraag was, hoe men daarop reageerde; dertien mogelijkheden tussen ‘volkomen mee eens’ en ‘vind ik onzin’. Afgezien van twee lezers uit Leeuwarden is geheel niet gereageerd. Ik groet mijn twee Leeuwarder postvrienden, en houd mijn boekenbon op zak.
Nummer 15 uit de reeks DCN-cahiers (cahiers van de Didactiekcommissie Nederlands) is pas verschenen en heet Taalbeschouwing voor gevorderden. De cahiers zullen vanaf dit vijftiende nummer uitgegeven worden door uitgeverij Malmberg in Den Bosch. De redaktie van deze bundel werd verzorgd door Willem van Paassen, Gert Rijlaarsdam en Frans Zwitserlood. Het onderwerp is taalbeschouwingsonderwijs in de bovenbouw van de middelbare scholen. De bundel kost f 16,50.