[Vervolg Taal, dromen en het onbewuste]
We moeten hieraan wel toevoegen dat volgens Freud de verdrongen verlangens die in dromen aan het licht komen, gewoonlijk niet in openlijke, maar in gemaskeerde vorm een hallucinatorische bevrediging krijgen. We bekijken opnieuw de laatste uiting in de droom van Anneke (‘Ik zal er straks wel een stukje van afsnijden’) die ze richt tot haar vader. Oppervlakkig beschouwd is dit geheel onschuldig daar de uiting verwijst naar de ‘slappe stengels’ en de ‘gele uiteinden’ van de bloemen. De vraag of dit een verborgen, agressieve betekenis kan hebben op een dieper liggend, kinderlijk niveau blijft onbeantwoord. De structuur en de grammaticaliteit van de uiting zijn in ieder geval voldoende ontwikkeld.