[Vervolg Jaar van Orwell]
blijken er heel gevoelig voor. Moet u zich eens inleven in het kind: Het roept ‘Mama’ en... mama komt. Het uiten van een woord heeft als gevolg dat er iets gebeurt. Taal gebruiken betekent invloed uitoefenen. Taal is macht. Sterker nog, voor kinderen heeft taal ook een magische kracht. Een volwassene die zojuist een plaats heeft gevonden in een volle treincoupé, zal nooit reageren met ‘Opgestaan, plaats vergaan’ wanneer een medepassagier hem er op wijst dat de plaats bezet is. Kinderen echter vatten deze uiting op als een toverformule en zullen zich schikken, niet omdat ze welopgevoed zijn maar omdat ze gevoelig zijn voor de magische kracht van taal. Op het schoolplein waar ik vroeger speelde, had bij vechtpartijen de kreet ‘meisjesgenade’ de betekenis: ‘ik geef me over, laat me met rust’. De dolle vechtersbaas die dan toch doorging, kon op niemands sympathie rekenen; hij werd als het ware buiten de groep geplaatst. De kreet ‘meisjesgenade’ had iets van een bezweringsformule.
Toch geldt die magie voor volwassenen soms nog. Het gaat dan niet alleen om beroemde voorbeelden als ‘epibreren’ - in een verhaal van Carmiggelt gebruikt door de ambtenaar die aan de man voor het loket niet wilde zeggen dat het formulier nog steeds niet verwerkt was en toen maar meedeelde dat het nog moest worden geëpibreerd. En die burger maar vol ontzag knikken, tot eindelijk duidelijk werd dat epibreren niets betekende. Hieruit blijkt dat zelfs nietszeggende woorden een magische kracht kunnen hebben.
Meestal echter werkt taalmagie veel subtieler. Zodra iemand met vage relatieproblemen naar een psycholoog gaat en dan te horen krijgt dat hij lijdt aan een minderwaardigheidscomplex, wordt de vage klacht verhelderd en kan aan het probleem gewerkt worden. Het gaat nu niet om het succes van zo'n therapeutische opmerking, maar om de invloed die taal uitoefent. Door taal krijgen we greep op de werkelijkheid. Zodra we in staat zijn om een verschijnsel te benoemen, kunnen we er iets mee doen. Toch blijft ‘Taal is magie’ of ‘Taal is macht’ een kreet. Het probleem van de invloed die taal heeft op denken en wereldbeschouwing is veel ingewikkelder. Drie voorbeelden.