Nieuwe woorden II
Nieuwe woorden uit andere talen
Door de directe (persoonlijke) en indirecte (schriftelijke) contacten zijn door de gehele geschiedenis woorden overgenomen uit andere talen.
Uit het Latijn stammen bij voorbeeld zolder en kelder (solarium en cellarium). Het is verleidelijk om nog meer voorbeelden uit allerlei talen op te noemen, maar ik wil me hier beperken tot de meer recente buitenlandse termen, en dit betekent dat ze bijna uitsluitend van Engelse oorsprong zijn. Een willekeurige greep:
panel, brainstorming, efficiency, design, trend, manager, know how, workshop, performance, free lance, inside information, opinion leader, point of no return, decisionmaker, software, hifi, tuner, laser, off shore, sponsor, lobby, spot, unit, item, quartz, corn flakes, weekend, baseball, goal, caravan, ticket, hair stylist.
Uit deze voorbeelden is het niet moeilijk om een aantal gebieden te vinden waar de invloed blijkbaar groot is (bedrijfsvoering / organisatie, apparaten / handelsprodukten, techniek / wetenschap, verkeer / toerisme, sport), maar het zal niet moeilijk zijn er meer te vinden.
Motieven voor de opneming van nieuwe termen zijn in het eerste deel al opgenoemd (‘Onze Taal’ september 1983); ze blijven ook hier geldig, maar er kunnen nog enkele worden toegevoegd:
- Noodzaak van internationalisatie (beperking van het aantal talen in het internationale verkeer).
- Commerciële overwegingen. Welke Nederlander geeft zijn nieuwe produkt nog een Nederlandse naam?
- Kwantitatieve druk. We worden via de media dagelijks overstroomd met Engels.
- Gemakzucht of grootdoenerij (laten horen dat je zo goed Engels spreekt).
Vaak zal een combinatie van oorzaken werkzaam zijn. Camping is korter dan Kampeerterrein, maar het geeft ook een zekere opwaardering van het begrip.