Woordmensen (4)
Dit keer nog eens wat meer woordmensen in samenstellingen:
Het bowiemes, een groot jachtmes met kromme, tweesnijdende punt, in Amerika gebruikt, is genoemd naar kolonel James Bowie, die in dienst van de vs in 1836 bij fort Alamo sneuvelde tegen de Texanen.
Boxcalf, fijn met chroom gelooid kalfsleer, is genoemd naar de Londense schoenmaker Joseph Box over wie ik verder niets heb kunnen vinden.
De brownbeweging, de onder een microscoop waarneembare voortdurende en wanordelijke beweging van heel kleine deeltjes in een vloeistof, ook al is die volkomen in rust, is in 1827 ontdekt door de Engelse botanicus Robert Brown (1773-1858).
De bunsenbrander, het apparaat dat brandstof en luchtzuurstof zo mengt, dat het mengsel ontstoken kan worden (u kent het nog wel van het scheikundepracticum) is een vinding van Robert Wilhelm Bunsen (1811-1899), de Duitse chemicus naar wie overigens ook het bunsenelement (een galvanisch element) genoemd is.
De cardanusring of cardanische ophanging (twee concentrische ringen die elk om twee diametraal tegenover elkaar liggende tappen draaibaar zijn, o.a. gebruikt aan boord van schepen voor het ophangen van kompas en tijdmeter) is een uitvinding van de Italiaanse wiskundige Gerolamo Cardano (gelatiniseerd: Cardanus) die leefde van 1501 tot 1576.
En dan is natuurlijk bekend de davylamp, de in 1815 door de Britse chemicus Sir Humphry Davy (1778-1829) uitgevonden mijngasdetector waarin de vlam bij aanwezigheid van mijngas feller gaat branden.
Nog eentje? Het plimsollmerk, een merk op scheepsrompen dat aangeeft hoe diep het schip hoogstens mag liggen als het geladen is. Het is genoemd naar Samuel Plimsoll (1824-1898), Engels scheepvaartdeskundige, die in zijn boek Our Seamen ( 1872) de aandacht vestigde op misstanden als onzeewaardigheid en overlading van schepen en verzekeringsspeculatie.
Volgende keer wat ‘Van-woordmensen’ zoals het lint van Möbius en de brug van Wheatstone.
Jan J. van Herpen