[Mededeling]
□ □ □ □ □
■ Malvinas en Falklands - dat is één pot nat en neerslag, maar hoe heten ze eigenlijk? Tegen de tijd dat u het leest weet u er wellicht meer van dan ik thans. ■ Ik heb enige reacties binnengekregen op de vraag naar de ontraadseling van het gedicht van Baudelaire, die ik de lezers in het aprilnummer voorlegde. Er kwam een woordspeling in voor met de naam Van Swieten die ik niet vermocht te doorgronden. Voor het volledige gedicht verwijs ik naar het genoemde nummer, maar ik herhaal wel nog even de regels waar de kern van de woordspeling in zit: Sur la porte je lus ‘Lise Van Swiéten’ en Cette Eve qui contient en elle son rémède. ■ Een aantal lezers tracht, wat ik zelf ook aanvankelijk probeerde, de zin van de regels te verklaren aan de hand van de klanken van Lise Van Swiéten. ■ Mr. Veegens veronderstelde dat er een toespeling op het werkwoord zweten in voorkomt. Dr. Ten Veldhuis dat we moeten lezen Lise vend suie et tain, ook dr. Van Keep houdt het weer op een onjuiste uitspraak van zweten, maar laat zijn visie begeleiden door die van zijn Franstalige medewerkster Monique Boulet die meent dat we moeten lezen Lise vend suetten. ■ Bovengenoemde verklaringen zijn alle scherpzinnig geformuleerd, maar falen mijns inziens waar het erom gaat te verklaren dat een minnaar of man zo gelukkig zou moeten zijn, met het bezit van Lise. ■ P. van Groningen vindt de oplossing in een vertaling van Lise Van Swiéten door Lise Benuitgeblust. ■ Alle verklaringen komen tot dusverre op één punt overeen: een vrouw die onaantrekkelijke kanten heeft (fysiek of in datgene wat ze verkoopt) is als het ware haar eigen voorbehoedsmiddel. Men zal mij moeten toegeven dat een dergelijke grap op zich vrij zwak blijft. En ook niet
erg vrouwvriendelijk, maar ja, Baudelaire was dus ook niet Belgvriendelijk, dus wat dat betreft... ■ Er zijn twee schrijvens binnengekomen die de zaak wat mij betreft geheel duidelijk maken: Van Swieten is een geneesheer uit de 18e eeuw, op wiens naam een middel staat dat bescherming tegen geslachtsziekten heette te waarborgen. ■ Voor Baudelaire, syfilislijder, was deze Lise Van Swiéten dus inderdaad zeer aantrekkelijk, en dat zonder enige ironie. ■ Mevrouw Steiner-Spork uit Den Haag vond de verklaring zo voor de hand liggend dat ze niet begreep dat ik het niet begreep. ■ W. Gysen uit Dilbeek huldigt eveneens de Gerard van Swieten-theorie, en ziet nog een mogelijk woordgrapje in Lise dat wel zou kunnen staan voor lyse = waterige oplossing. Na al het onrecht dat Baudelaire de Belgen heeft aangedaan èn de vrouwen kunnen we tot ons genoegen constateren dat van de twee m.i. goede exegeten er één een Belg is en de ander een vrouw. ■ Beiden zullen op passende wijze beloond worden. Een eervolle vermelding tenslotte naar Monique Boulet (een Belgische vrouw) voor de meest doordachte misser. ■ Een filosofisch probleem. Wat zou ontologiseren betekenen? Afgaande op de gebruiksmogelijkheden van ont- kunnen we kiezen tussen ‘ergens een oloog weghalen’ (vgl. ontvellen), ‘de oloog blootleggen’ (vgl. ontwortelen), ‘beginnen te ologiseren’ (vgl. ontwaken), ‘wegologiseren’ (vgl. ontvluchten), ■ Al dit fiel-ologisch gezanik zou me niet te binnen geschoten zijn als het mij niet de laatste tijd opgevallen was dat men het verschil tussen ontkennen en onderkennen steeds minder kent. En waar zit dan het probleem, vraag je je af? Tussen onthouden en onderhouden,
tussen ontslapen en onder slapen, tussen ontstellen en onderstellen, tussen ontsteken en ondersteken, tussen ontbieden en onderbieden weet iedereen altijd een haarfijn onderscheid te maken. ■ Gesteld dat u een getrouwde man bent. Hoe heet de man van uw eega? Juist, ego. Het is slecht voor uw ego, als haar minnaar haar gade slaat. ■ Hoewel, als u er geen acht op slaat, komt alles misschien toch nog goed. ■ Sommige afwijkingen van de norm zijn moeilijk op het spoor te komen. Volgens het woordenboek betekent riant vrolijk, bekoorlijk gelegen, en dat toegepast op gebouwen. Aangezien het hier bijna altijd om villa's en landhuizen gaat, heb ik sterk de indruk dat vele mensen het woord hanteren in de betekenis van ‘ruim’. ■ Natuurlijk kan ik me vergissen, maar ik vrees toch dat weinig taalgebruikers van een riante barak zullen spreken, al is die nog zo fraai gelegen. Misschien dat we hiervoor het woord souriant in het leven moeten roepen. ■ En tenslotte: als uw eega in zijn knollentuin is, dan bent u niet in haar nopjes. U bent dus gewaarschuwd. En verwijt me later niet: had dat eerder gezegd.
P.C.U.d.B.