Spijkers op Laag Water
Of de lezers van O.T. erop zitten te wachten, weet ik niet, maar ik heb nog een mooi crypto-Maleis woord voor ze. Het werd me toegezonden door mevrouw Marchant-Eschauzier. Het is sjappietouwer (Van Dale). In het Etym. Woordenboek van Jan de Vries vindt men: ‘sjappetouwer (met e dus): begin 18de eeuw ontleend aan Maleis siapa tahoe “wie weet het”, een uitdrukking die gebruikelijk was onder matrozen en daarom naam voor “een ruwe klant”. Verkortingen zijn sjap en sjappie.’ Heel even komt bij mij de vraag op of sjap en sjappie niet afkomstig zouden kunnen zijn van het Engelse chap, maar dat tast de Maleise afkomst van het hele woord niet aan.
Twee andere inzenders menen dat de groet doeg (doech) afkomstig is uit het noorden des lands; een van hen noemt zelfs Ameland.
•
Nu iets heel anders. In het Nederlands maakt men bij het schrijven verschil tussen hun (meew. vw.) en hen (lijd. vw.). Bij het schrijven zeg ik, want men zegt uitsluitend hun, behalve misschien bij het voorlezen van een tekst. Het verschil tussen hen en hun zou dus kunstmatig zijn? Inderdaad, de grammatici uit de tijd van de Renaissance, die er prijs op stelden in het Nederlands de vormenrijkdom van het Latijn te benaderen, hebben dit verschil in hun nationale trots geconstrueerd. Zo lopen we in dit opzicht al meer dan drie eeuwen aan de leiband. En dat niet alleen: wie het niet goed doet, wordt te kijk gezet - ten minste als het opgemerkt wordt. Maar wat lees ik nu bij Tamar in V.N. (23 jan.)? En uiteindelijk hebben de Amerikanen ook, net als wij, liever vrede bij hun en oorlog bij een ander. Bij hun noemen we dat isolationisme. Er lijkt me een kleine kans dat Tamar hun gekozen heeft om het controversiële karakter van haar artikel te versterken, maar die kans is toch niet zo groot. Hulde voor wie de moed heeft gesproken Nederlands te schrijven.
•
Ook de genitief lag de oude grammatici dicht aan het hart gebakken, al hadden zij om zich heen kunnen horen dat die hoe langer hoe meer door een omschrijving wordt uitgedrukt: in plaats van vaders jas: de jas van vader of zelfs vader zijn jas, maar dat laatste vinden velen nauwelijks A.B.N. geloof ik. Wie erop gaat letten constateert dat maar weinig schrijvers deze springlevende vormen ook durven schrijven. Gerard Reve wel: uit zijn Brieven aan Josine noteerde ik binnen een paar bladzijden: anderen hun zaken, God zijn verjaardag, Hannie haar verjaardag, als Frans zijn boek af is. Voldoende reden voor mij om Reve in mijn hulde te laten delen.
D. de Vries
Wageningen