Spijkers op laag water
Diens-ijver
Dit kopje is niet van mij; Charivarius gebruikte het in De Groene boven zijn wekelijkse verzameling zinnetjes waarin diens gebruikt werd als zijn voldoende was (de minister en diens secretaris-generaal). Voor wat hier volgt is het kopje ook bruikbaar. Laten we beginnen met een eenvoudige invuloefening. Vul het juiste voornaamwoord in:
De dame... echtgenoot gepromoveerd was, enz.
De heren... echtgenoten ook aanwezig waren, enz.
Hebt u in beide gevallen wier ingevuld? Prachtig. Misschien hebben sommigen ingevuld van wie de of waarvan de, of heeft iemand zelfs wel wiens. Keus genoeg, al is eigenlijk alleen wier helemaal op zijn plaats. Waarvan de zou ik afkeuren: dat gebruiken we bij voorkeur niet als het verwijst naar personen. Van wie de is stellig goed Nederlands (het heeft zelfs een mooie toekomst), maar er werd hier gevraagd alleen een voornaamwoord in te vullen.
Maar nu dat wiens, want daarom is het eigenlijk begonnen. U moet er maar eens op letten: in geschreven, ietwat formele taal kom je tegenwoordig steeds vaker wiens tegen als het wier moet zijn. Eén voorbeeld: De mensen in wiens belang het is (Nico Haasbroek, Vara). Wiens is immers de vorm voor manlijk enkelvoud, wier voor manlijk meervoud en vrouwelijk enkel- en meervoud. Voor een onzijdig woord wordt wiens bijna nooit gebruikt.
Vanwaar deze vreemde voorkeur voor wat toch echt een ‘stijve’ vorm genoemd moet worden? Waarschijnlijk hierdoor: Wiens vindt nog steun in allerlei zegswijzen en spreekwoorden en ook nog van diens, terwijl wier vrijwel geïsoleerd is komen te staan. En dan verdwijnen woorden meestal op den duur. Eigenlijk geldt dat ook wel voor wiens, want van wie en waarvan staan bij wijze van spreken al te wachten om wiens te vervangen: het geleidelijk verdwijnen van verbogen vormen is nu eenmaal karakteristiek voor het Nederlands. Ik schreef hierboven dat wiens nog steun ondervindt van diens. En dat moet dan wel in het bijzonder gelden voor diens in allerlei vaste uitdrukkingen, want los daarvan begint het tij voor diens ook al te verlopen, zelfs in de functie waarin het niet vervangen kan worden door zijn. Vergelijk:
1. | Hij ging wandelen met zijn zoon en zijn vriend. |
2. | Hij ging wandelen met zijn zoon en diens vriend. |
Het verdwijnen van verbogen vormen is uiteraard in de gesproken taal het verst gevorderd en zo kun je in geval 2 horen zeggen: met zijn zoon en die zijn vriend. Ik geloof niet dat ik dit die zijn in een officieel rekest of in een proces-verbaal zou gebruiken, maar je kunt er op de begane grond toch aardig mee uit te voeten.
Merkwaardig dat dit formele diens geen equivalent voor het vrouwelijk heeft: zij ging wandelen met haar dochter en... vriendin. Het Duits heeft voor dit geval deren beschikbaar. Bij het spreken echter weten we ons te redden met die d'r uit die haar. Velen zullen die haar ook niet tot het A.B.N. willen rekenen, laat staan die d'r, maar tot mijn genoegen kwam ik die haar onlangs bij Couperus tegen. Jammer genoeg heb ik de vindplaats niet genoteerd.
D. de Vries, Wageningen