Maar andere in vroegere publikaties gedane aanbevelingen hadden geen resultaat en de commissie wil die niet herhalen. Dat geldt b.v. voor leger in plaats van (kogel)lager, eerste betaling voor aanbetaling, foelie (vanwege de tweede betekenis) voor folie. Ook termen als alleenvertegenwoordiger en alleenverkoop moeten als maatschappelijk aanvaard worden beschouwd. De commissie heeft - dat is duidelijk - niet de illusie dat al haar aanbevelingen zullen worden opgevolgd. Ik ook niet. Wie kennis neemt van het pseudo-Nederlands van veel reclameteksten en technische publikaties, kan die illusie ook moeilijk koesteren. De commissie noemt nog andere oorzaken waardoor, zoals zij betoogt, onjuiste constructies en termen dreigen in te burgeren of al zodanig zijn ingeburgerd, dat het soms moeilijk zal zijn ze door de aanbevolen termen te doen vervangen. Voorbeelden: dealer, input, output, spot, longdrink, manager, print, test.
Vergis ik me, of weerspiegelt dit beleid een weifelende houding van vele van onze neerlandici op het stuk van het aanvaarden of verwerpen van vreemde woorden en, in het bijzonder, barbarismen? Want die wekken wel eens de indruk, dat ze aan de ene kant bang zijn voor purist te worden uitgemaakt en aan de andere kant zich toch verplicht voelen althans een zekere mate van orde te handhaven in de linguïstische huishouding. Maar ik denk dat die indruk verkeerd is en dat ik me inderdaad vergis. Dat de meningen over bepaalde gevallen van vreemde invloed zo uiteenlopen, zal eerder te verklaren zijn uit de al genoemde omstandigheid: de grenzen tussen ‘nog vreemd’ en ‘al Nederlands’, tussen taalverrijking en taalbederf, tussen aanvaardbaar en verwerpelijk zijn zo vaag, nog afgezien van het feit, dat men het er soms niet over eens is of iets als barbarisme beschouwd moet worden. De algemene taal ondervindt de invloed van het vakjargon met zijn vele buitenlandse termen en woordvormingen. De commissie zegt: ‘De drang naar het vreemde woord in de verschillende vaktalen zal moeilijk te stuiten zijn. De vele vertalingen uit de lijst kunnen tot voorbeeld dienen en zullen tot voorzichtigheid kunnen manen bij het toelaten of bestrijden van barbarismen.’
Intussen, wie - als ondergetekende - heus niet bang is voor het gebruik van vreemde woorden, maar wel beroerd wordt van het inschatten, de voorliggende stukken en de heikele problemen, zal waardering hebben voor het werk van deze commissie, die zich keert tegen het massale en onnodige verdringen van goed Nederlands door een vaak dom en snobistisch surrogaat, ook al weet ze dat ze in vele gevallen tegen de bierkaai vecht. Daarvoor hoeft hij het niet altijd met haar eens te zijn.
De ‘taalkundige aanwijzingen’, die aan de woordenlijst voorafgaan, betreffen de algemene taal: spelling, gebruik van hoofdletters, schrijfwijze van samenstellingen, gebruik van het koppelteken, de tussenklank in samenstellingen, voor- en achtervoegsels, meervoudsvorming enz. Ik zal daarop niet diep ingaan, omdat onderwerpen van deze aard geregeld in Onze Taal ter sprake komen. Vermeldenswaard is wel, dat wetenschap en techniek ook in deze aanwijzingen een extra plaatsje krijgen: niet Briggiaanse logaritmen of Briggse logaritmen, maar Brigg-logaritmen; niet het Duitse wolfram, maar wolfraam; niet de Engelse namen silicon en potassium, maar silicium en kalium, om een paar voorbeelden te noemen. Mij doet het genoegen, dat de commissie ook de aandacht vestigt op een van de meest voorkomende ontsieringen van onze schrijftaal: het niet aaneenschrijven van samengestelde zelfstandige naamwoorden. Men behoeft maar de reclameteksten zelfs van de grootste magazijnen te lezen om die variant van de Engelse ziekte duidelijk voor ogen te krijgen.
De commissie constateert, dat - onder meer doordat onder Engelse of Amerikaanse invloed steeds meer nieuwe termen in onze taal binnendringen - de door haar samengestelde lijst alweer bijwerking behoeft. Ze is daarmee al bezig.
De woordenlijst plus aanwijzingen kan besteld worden bij het Nederlands Normalisatie-instituut, postbus 5810, 2250 HV Rijswijk (ZH). De prijs is f 23,52.
M.C. Godschalk