Supervisant
Enkele maanden geleden promoveerde de neerlandist A. Griffioen op een proefschrift geheten: ‘Supervisie van beginnende leraren’. Deze titel is voor mij misleidend. Het voorzetsel van doet hier te gemakkelijk denken aan een aktiviteit van die ‘beginnenden’ (vgl. aktie van; visie van; etc.). Supervisie van doet mij te gemakkelijk denken aan: supervisie door. Maar niet de beginnenden zijn de ‘handelende personen’ (inzake de begeleiding) maar de opleiders, de supervisors(-oren).
Beter zou naar mijn mening zijn: supervisie over. Misschien vond Griffioen het bezwaarlijk super naast over te gebruiken, maar een dergelijke ‘herhaling’ komt in het Nederlands vaak voor:
Inzicht hebben in een kwestie.
Een overzicht geven over een beleid.
Een doorbraak door een muur van onwil.
Inbreken in een huis.
Uitbreken uit de gevangenis. Etc., etc.
Ook heb ik bezwaar tegen de in het boek gebruikte term supervisant. (De gesuperviseerde wordt supervisant genoemd!) Dit woord doet denken aan degene die (toe)ziende is over iets, (op iets), aan een handelende persoon dus, want zowel in het Latijn als in het Frans verwijst de uitgang -ans (antes) (Frans: -ant) naar degene die ergens mee ‘doende’ is. Supervisant zou eerder een synoniem zijn van supervisor, die immers supervisie uitoefent.
Supervisant zal wel een Amerikaanse(!) afleiding zijn van supervisor of supervisie, want als latinisme is het een barbaristische bastaardvorming. Het zou jammer zijn als deze term gemeengoed werd in ons onderwijs-idioom; het is al erg genoeg dat men deze term gebruikt op universiteiten.
F.K.M. Mars
gepens. leraar Nederlands
Den Bosch