Hetzelfde
Sinds geruime tijd valt mij op een mij merkwaardig aandoend gebruik van het woord ‘hetzelfde’ een gebruik dat ook al eens gesignaleerd is door dr. C. Rijnsdorp. Van de vele voorbeelden die aan te halen zouden zijn noem ik er twee, die ik ontleen aan Onze Taal. In het nummer van juni 1978 (47e jaargang no. 6) lees ik op pagina 47 in het ‘Het salon’ getitelde stukje: ‘Wie weet er in tien minuten de meeste op te schrijven? Regels: de spelling moet hetzelfde zijn gebleven’. Ik zou hier in plaats van ‘hetzelfde’ het woord ‘eender’ gebruikt hebben. Men zou ook kunnen schrijven: ‘dezelfde’, maar naar het mij voorkomt heeft ‘hetzelfde’ in zulk gebruik de zin van ‘eender’. In het nummer van december 1978 (47e jaargang no. 12) lees ik in het stukje ‘Zone en contrôle’ (pagina 95): ‘ter onderscheiding van woorden die hetzelfde geschreven worden...’ Ook hier: ‘hetzelfde’ inde zin van ‘eender’.
B. Jongeling, Groningen.
Het bijwoordelijk gebruik van ‘hetzelfde’ wordt door de woordenboeken aanvaard, zonder beperkende toevoegingen van het type ‘gewestelijk’, ‘weinig gebruikelijk’, ‘gemeenzaam’ enzovoort. De grote Van Dale geeft als voorbeelden: het gaat maar steeds hetzelfde en de kleine kwekers staan er hetzelfde voor als de grote; dit laatste zinnetje is uit de NRC en komt (ook) mij ongewoon voor: ik zou net zo gezegd hebben. Koenen geeft: al deze kwesties zullen niet hetzelfde worden behandeld. Het Handwoordenboek van Van Dale kent het bijwoordelijk gebruik van hetzelfde niet, het W.N.T. wel: Het gaat met hem altijd maar hetzelfde, niet slechter en niet beter, maar het W.N.T. vermijdt de term ‘bijwoordelijk’. Dr. Jongeling is in het goede gezelschap van mijn hooggeschatte vakbroeder dr. S.J. Lenselink, die zich verbaasde toen ik tijdens een examen zei: Die twee woorden klinken hetzelfde. Maar ja, iedere vogel zingt zoals hij gebekt is, en in mijn snavel ontbreekt nu eenmaal het woord eender.
C.A.Z.