[Mededeling]
□□□□□□
□ Eerst wat nieuws van het krantenfront. De heer Van der Weijden schrijft: ‘Ik lees in de Telegraaf naar aanleiding van het “door zijn neus zakken” van een Fokker Friendship: “De verzekering van het neuswiel was slecht”.’ Verzekering staat hier voor beveiliging. Met de assurantie zal het wellicht wel loslopen. □ De heer Van der Weijden komt uit Eindhoven. Dit feit houd ik voor u verborgen, omdat u anders zou kunnen denken dat ik alleen berichten uit die regio doorgeef. □ Mijnheer Heikens daarentegen komt uit Amsterdam. Hij wijst op een bericht in de Volkskrant van de hand van een basketbalmedewerker. Deze medewerker laakte het spelgedrag van een bepaalde ploeg die coûte que coûte moest winnen. Alleen schreef de basketbaldeskundige niet coûte que coûte. Hij spelde ook niet koet ke koet, waar nog wel iets voor te zeggen zou zijn. Hij schreef good gegood. Och, wie zonder taalzonden is werpe de eerste bal. □ Het citeren van schrijfsels waar zelf weer aanhalingen en dergelijke in voorkomen, dat kan af en toe lastig zijn. Kijkt u maar eens naar het eerste vierkantje van deze rubriek. □ Er zijn kennelijk woorden waar altijd aanhalingstekens omheen moeten. Dit is met name het geval bij het woordje ‘“teer”’. Sigarettenreclames plegen te wijzen op een laag ‘“teer”gehalte’ van een bepaald merk. Kennelijk wordt hiermee beoogd te suggereren dat ‘teer’ geen echte teer is. Laten we elkaar niets wijsmaken. Teer is teer ook als het ‘teer’ wordt genoemd. □ Prof. Bakker uit Bedum schrijft in een ingezonden brief in de NRC over diverse ongenoegens die men bij het doornemen van nota's en dergelijke kan beleven. Zo meldt hij een aantal onbegrijpelijke neologismen die in stukken van de Academische Raad figureren. Het woord
verroostering bijvoorbeeld. Inderdaad een curieus woord. We zouden hier een prijsvraag aan kunnen verbinden. Wie raadt wat het woord betekent, heeft de hoofdprijs. Of iets dergelijks. De opsteller van het stuk mag niet meedoen. □ Valt het u wel eens op dat het openbaar vervoer in dienstregelingen, periodieken en wat dies meer zij, nooit gebruik maakt van de constructie van het type vanaf 18 januari, vanaf 3.30 u.? In plaats daarvan schrijven de publicisten van het openbaar vervoer consequent van 18 januari af, van 3.30 u. af. U weet of zou kunnen weten dat Charivarius een tegenstander van het gebruik van vanaf als voorzetsel was. Dit om enigszins wazige redenen. Het feit dat hij zijn afkeer nog decennia lang in het taalgebruik van het OV laat doorschemeren, zegt iets over zijn gezag. Of over het openbaar vervoer. Maar daar wil ik vanaf zijn. □ Slechts of pas kunnen in wat archaïserende of badinerende stijl ook worden weergegeven door niet dan. ‘Niet dan na lang aarzelen hakte zij de knoop door.’ Of iets in die geest. In de gesproken archaïserende taal wordt dit niet dan vervangen door simpelweg niet. Dat hoor je tenminste steeds meer. Zelfs wordt het geschreven. Je kunt zinnen tegenkomen van de volgende vorm: ‘Zij verliet de echtelijke woning, maar niet na haar echtgenoot duchtig de waarheid gezegd te hebben.’ Waarom niet, en zo ja, waar moet dat naartoe? □ Moge 1978 ons en de onzen, u en de uwen, hun en de hunnen heilzaam zijn, niet in laatste instantie op taalkundig gebied.
P.C.U.d.B.