Oid(e)
Op blz. 63 van de inmiddels afgesloten jaargang 1973 van Onze Taal, om precies te zijn links bovenaan, wordt een opmerking gemaakt over het voorkomen van bijvoeglijke naamworden op -oïd in onze ‘geregistreerde algemene Nederlandse woordenschat’.
Naar verluidt zou in 1961 maar één woord van dit type hebben bestaan, namelijk osteoïd (= beenachtig), maar dank zij de onvolprezen vruchtbaarheid van onze taalscheppende geest zijn er sindsdien gelukkig een paar bijgekomen, en Onze Taal doet ze den volke kond: systemoïd, fascistoïd, humanoïd, chauvinoïd, en dan nog gynecoied en desgewenst ook androied.
U ziet dat wij er als rechtgeaarde verbasteraars van vreemde woorden terloops nog even voor gezorgd hebben dat de spelling werd ‘verbeterd’: -oied naast -oïd. Wij zijn sinds 1954 op spellinggebied een volkje van doehetzelvers geworden, nu wij uitgerekend op het glibberige pad van de ‘moeilijke’ woorden (c of k, y of i of ie, x of ks, en noem maar op) door de officiële spellingmakers zo schandelijk de mist in zijn gestuurd, de mist van de alternatieve spelling die de keus aan ons overlaat. Maar dat is een ander verhaal.
Wat die woorden op -oïd betreft: de ‘geregistreerde algemene Nederlandse woordenschat’ van 1961 kent heel wat meer van die gevallen dan Onze Taal ons wil doen geloven. Bijvoorbeeld: adenoïde, colloïde, ellipsoïde, metalloïde, mongoloïde, reumatoïde, solenoïde.
De produc(k)tiviteit van het onderhavige Griekse suffix (o + eides) blijkt (althans in het Grieks) niet onder te doen voor ons adjectivale achtervoegsel -achtig (gekoppeld aan een zelfstandig naamwoord). In de hierboven reeds geciteerde gevallen wordt naar de mening van ondergetekende echter misbruik gemaakt van dit ‘grecoïde’ suffix, aangezien woorden als systeem, fascist, humaan en chauvinisme (?) zich niet behoorlijk voor een dergelijke louter Griekse woordvorming lenen.
J.H.G. te Boekhorst, Lochem
(Red.) Met de ‘geregistreerde algemene Nederlandsche woordenschat’ van 1961 was de grote Van Dale bedoeld. Deze kent maar één bijvoeglijk naamwoord op -oïd: osteoïd. In dat woordenboek staan 39 woorden op -oïde. Daaronder bijvoeglijke naamwoorden als adenoïde en zelfstandige naamwoorden als colloïde.