Bengali en Israëli
De Nederlandse taal heeft er, dank zij de Commissie voor de spelling van buitenlandse aardrijkskundige namen, een verbuigingsuitgang bij gekregen. Het is de uitgang -i, in de betekenis van ‘onderdaan van’. Zo is een onderdaan van Bangladesj (door de commissie Bangladesh gespeld, zoals de Engelsen dat doen), het land van de Bengalen, een Bengali, en een onderdaan van Israël een Israëli. De uitgang komt verder voor in: Pakistani, Qatari, Saoedi, Somali en Zwazi.
Aangezien de uitgang -i in deze betekenis niet tot het Nederlandse taal eigen behoort heeft het zin na te gaan hoe de uitgang in het Nederlands is doorgedrongen.
Zonder dat wij al te veel behoeven te zoeken komen wij dan terecht bij het Engels. Wij vinden, een goed woordenboek raadplegend, achter het trefwoord Bengali: a native or an inhabitant of Bengal. (The American College Dictionary, p. 114), en achter Somali: a member of a Hamitic race showing an admixture of Arab, Negro and other ancestry, and dwelling in Somaliland and adjacent regions. (zelf de woordenboek, p. 1150).
Toch vindt men in dat woordenboek, aan het begin van de I, het achtervoegsel -i in deze betekenis niet. Het is dus een on-Engels achtervoegsel, zou men zeggen, en inderdaad is het zoeken naar -i in die betekenis in andere Engelse en Amerikaanse woordenboeken een vruchteloze zaak. Na enig zoeken vindt men, in de Concise Oxford Dictionary en in H.W. Fowler's onvolprezen Dictionary of Modern English Usage, -i als meervoudsvormend achtervoegsel dat alleen past bij Latijnse en Italiaanse woorden, en bij Fowler bovendien nog -i als suffix dat bij onvoldoende kennis van het Latijn ten onrechte bij meevoudsvorming wordt gebruikt.
Bezien wij het rijtje Bengali, Israëli, Pakistani, Qatari, Saoedi, Somali en Zwazi dan moet het meteen duidelijk zijn dat het suffix -i in de betekenis van ‘onderdaan’ niet ontleend kan zijn aan de talen welke in die landen worden gesproken.
Misschien is het zo dat de Engelsen, die toch al steeds minder verbuigen, het suffix -i in bedoelde betekenis te hooi en te gras zijn gaan gebruiken om op een gemakkelijke manier af te komen van woordvormingsproblemen na het ontstaan van steeds meer onafhankelijke landen. Wellicht zijn er lezers van Onze Taal die hierover met enige deskundigheid uitsluitsel kunnen geven.