in zinnen als ze loopt in van die gekke jurken of hij leest graag van die ouwe boeken of het zijn maar van die losse stukkies. Altijd met aanwijzend voornaamwoord? Altijd met die of ook met deze? Ander van: wat is hij van z'n geloof? Wat doet (is) hij van z'n vak? □ Als dingen anders worden, hoeven de woorden voor de dingen nog niet te veranderen. Maar soms hou je het niet tegen. De varkensmester en de kippenboer zijn bio-industriëlen aan het worden. □ Cruciaal, het cruciale moment is het beslissende moment. Of is dit (mode)woord uit het Engels nog meer? Moeilijk, onoplosbaar, netelig. Een cruciale beslissing: een beslissende beslissing. Let op: de tijd van de cruciale bevalling is niet ver meer. □ Even mijmeren en peinzen over wat een hoge Nederlandse functionaris zei die met een delegatie een tocht gemaakt had ‘vele honderden kilometers landinwaarts’ in Suriname: ‘Het is verbazingwekkend dat de mensen daar, terwijl zij aan het begin van de beschaving staan, toch gewoon Nederlands spreken.’ Wat moet dat worden als zij zich steeds verder gaan beschaven.
In een advertentie 4-8 wordt een team genoemd dat ‘streeft naar een zo buurtgericht mogelijke aanpak van sociaal kultureel werk.’ Kan dat? (Afgezien nu van de samenstelling uit op-de-buurt-gericht). De buurtgerichtheid wordt bepaald; helemaal zeker zijn we niet maar beter klinkt o.i. ‘zo veel mogelijk buurtgericht’. □ Roepmeisje is een aardig vertaalde call girl - zie O.T. juli - het heeft zelfs iets (hoewel niet veel) dichterlijks, iets argeloos prillerigs; laat ons nu in een afrikaanse krant lezen foonsnoll! Ook mooi bruikbare klank voor aan slapeloosheid lijdende mensen die snachts palindromen verzinnen. (U weet wel: van die zinnen over de oom in Ede en Koos Eekfeen met zijn rood kerkraam; niet meer sturen, een harde met foonsnol mag nog). □ In Groenten en Fruit 29 jrg. nr. 4 van 1 aug. 1973 - precies zijn voor hen die niet geloven - staat in een bericht over de fruitoogst ‘Strekelijk loopt de situatie wel wat uiteen’. Stedelijk, landelijk, plaatselijk. □ Voor de verzamelaars van reclamewoorden: vakantieslank, strandslank, bikinislank. □ Bij opzienbarend, slijmoplossend, buikzuiverend, zaadvormend, adembenemend, slibhoudend hoort het nog niet in enig woordregister opgenomen grensverleggend. Het heeft alles in zich om het te maken. □ Bij het reeds gesignaleerde winkel: de derdewereldwinkel, de milieuwinkel, de onderwijswinkel. Nederlands komt terug, gelukkig, shop is commercie, blijft waarschijnlijk nog wel een paar jaar in coffeeshop dat het ouwe café verdringt (maar het bruine niet). In Den Haag is een haal-en-betaal-zaak waarin meubelen en zo worden verkocht, genaamd de woonwinkel.
De staatssecretaris van volkshuisvesting heeft ons allen een verklarend woordenboek beloofd. Mensen, zegt hij, denken dat renoveren opknappen is, maar de sloper staat al voor de deur. □ Schwarzkopf met nutrilan, prodent met dispergon, elmex met aminfluoride, alles heeft wel iets. □ Iedere Nederlandse stad heeft ten minste één (voor de niet-naamkundige) onbegrijpelijke en daarom onvergetelijke straatnaam, zoals het Rokin in A'dam, de Nevidse in Hoorn, de Rensgars in Schagen, de Mient in Den Haag, de Enk in R'dam. Namen waarin iets normaal herkenbaars voorkomt, tellen niet mee, bijv. Lange Geer, Vrouwenregt, Ondersim, Mallemolen. Dam en Spui zijn te begrijpen, Nes niet. Als je maar genoeg van die rokinwoorden hebt, moet je er een sonnet van kunnen maken. □ Nog iets over woorden in de buurt van hemeltergend, bepalingaankondigend, geruchtmakend, oogluikend, onheilspellend, bloedstelpend, godlasterend, zedenkwetsend, vleesetend, vruchtafdrijvend, vuurspuwend (als je erop let, vind je er tientallen); in die buurt zit ook stoelkluisterend hoewel de spraakkunstige verhouding totaal anders is. Stoelkluisterend is een hapaks (= eenmaal voorkomend woord) en stond in een advertentie (20-6) waarin een geldbeluste uitgever ons lokt tot het kopen van een boek met ‘een stoelkluisterende ontknoping’. □ En mocht het zich onverhoopt weer eens voordoen: het is call girl of roepmeisje of foonsnol. Wie het wil aandikken, zette er ‘van grensverleggende schoonheid’ bij.