Men
Het artikel - althans de titel - ‘U en jij’ in het juni/juli nummer van Onze Taal bracht mij op een probleem, waar ik enkele jaren geleden over struikelde en dat ik nooit heb kunnen oplossen.
In de Nederlandse spreektaal wordt herhaaldelijk ‘je’ gebruikt, waar men in de schrijftaal ‘men’ zou bezigen. Dit is m.i. een typisch Nederlands taalgebruik, dat in de omringende landen niet bestaat.
Natuurlijk is ‘men’ niet geheel uit onze spreektaal verdwenen, evenmin kan ‘men’ altijd door ‘je’ vervangen worden. Een voorbeeld hiervan: wanneer wij over het door mij opgeworpen probleem zouden praten, zou U b.v. kunnen zeggen. ‘Nee, aan dat probleem heeft men nooit aandacht geschonken’. Dit is gangbare spreektaal en ‘je’ kan niet in de plaats van ‘men’ komen.
In andere gevallen is ‘je’ echter wel degelijk de gebruikelijke term om over ‘men’ te spreken. Ik zeg b.v. tegen iemand die ik met ‘U’ pleeg aan te spreken. ‘Wanneer je niet de moed hebt om je aan het snelle verkeer in Parijs aan te passen, kun je beter je auto in Holland laten staan.’ Een dergelijke zin, letterlijk vertaald, zou ik niet tegen een Duitser, Fransman of Scandinaviër kunnen zeggen, zonder de onbeleefde indruk te wekken ongevraagd tot tutoyeren over te gaan.
Bij deze landslieden moet ik over ‘men’ spreken. De aangesproken Nederlander zal echter geen ogenblik menen dat ik hem wil tutoyeren; hij zal, zoals door mij bedoeld werd, ‘je’ opvatten als ‘men’.
In het Engels ligt het ondoorzichtiger, maar in die taal zou ik, zonder in een stijve spreektrant te vervallen, kunnen zeggen, ‘If one doesn't dare to adapt oneself’ enz. Ik vraag mij dus af:
- Hoe is de Nederlander er toe gekomen in veel gevallen ‘men’ door ‘je’ aan te duiden? De verklaring lijkt mij niet te zijn dat Nederlanders meer tutoyeren dat Duitsers, Fransen en Scandinaviërs. Ook invloed van het Engelse ‘you’ lijkt mij niet waarschijnlijk. Wij zijn m.i. dus origineel in dit opzicht.
- Ik voel tijdens een gesprek duidelijk aan wanneer ik ‘men’ niet en wanneer wel door ‘je’ moet vervangen - maar welke regel(s) pas ik onwetend toe?
- Heeft men ooit nagegaan wanneer bovengenoemd gebruik voor het eerst in onze literatuur voorkomt?
W.H. Stenfert Kroese, Leiden