Voetangels en klemmen
In het artikel ‘De taal in het nieuws’ signaleert Mr. G. Godschalk op kostelijke wijze een aantal voetangels en klemmen waarop de medewerkers van het A.N.P. - en niet zij alleen - bedacht moeten zijn. Aan zijn lofwaardig streven, het Nederlands in de pers te ‘kuisen’ wil ik graag een kleine bijdrage leveren. Vooral als het een beetje technisch gaat worden, blijkt de verslaggever het moeilijk te krijgen. Zo zijn er een aantal ‘doorbloeiers’ (evergreens) die nodig met wortel en tak uit de journalistieke bodem gerukt zouden moeten worden, waarin ze zo welig tieren. Onderstaand een opsomming van enkele ervan die men geregeld in de nieuwsberichten tegenkomt.
Zoals ieder die zich op dit terrein begeeft, woon ik in een glazen huisje, maar ik ben niet zo bevreesd dat dit in scherven zal uiteenvallen als mijn stenen des aanstoots worden teruggeworpen. Mijn glas is immers ‘kogelvrij’, zoals trouwens al het vensterglas, en dit schijnt te impliceren dat het zelfs voor kogels ondoordringbaar is. Toch lijkt ‘kogelwerend’ me hier een wel zo duidelijke term. ‘Roestvrij staal’ is een soortgelijke samenstelling, waarmee men dan doorgaans een staalsoort beoogt die niet kan roesten. Deze term betekent echter alleen maar dat het staal vrij van roest is, dus misschien blankgeschuurd en goed ingevet, maar wel degelijk kan roesten. In de techniek is de gebruikelijke term voor staal dat niet roest, ‘roestvast’.
Dat verslaggevers nogal huiverig zijn voor hoogspanning, valt te begrijpen; een stroom van een tiende ampère is al ruim voldoende om ons van een sterveling in een gestorvene te doen verkeren, hoe ongeloofwaardig dit ook klinkt. Misschien is dat wel de reden dat men in nieuwsberichten zo vaak spreekt van een stroom van duizenden volts.
Bij natuurrampen is het soms nodig een stad te ontruimen of te‘evacueren’. Het A.N.P. vindt dat blijkbaar nog niet erg genoeg en evacueert zelfs de bevolking van die stad.
Veel vergissingen moeten worden toegeschreven aan onvoldoende bekendheid met de grilligheden van een vreemde taal. Zo kan ik het moeilijk pruimen dat de creaties van modeontwerpers ‘chique’ worden genoemd, hoe goed dit woord ook bij de letterlijke betekenis van mannequins past.
Een schietwapen noemt men in het Engels een ‘gun’, ongeacht of dit nu een kanon, geweer, revolver of pistool is. Het pleit voor het gezonde verstand van de medewerkers van het A.N.P. dat deze een vliegtuigkaper niet ongemerkt met een kanon de controle laten passeren, maar waarom moet het steevast een geweer zijn dat men hem naar binnen laat smokkelen?
Als de Amerikanen het over ‘billions’ hebben, dan bedoelen ze miljarden, zo zijn ze nu eenmaal. Met ‘biljoenen’ is men er wel even naast.
Het A.N.P. is uiteraard niet al te goed vertrouwd met brandbare stoffen als‘petrol’, ‘sparaffine’ en ‘benzene’ en in het Nederlands wordt het dan al gauw ‘petroleum’, ‘paraffine’ resp. ‘benzine’ in plaats van ‘benzine’, ‘petroleum’ en ‘benzol’. en met ‘gas’ bedoelen de Amerikanen doorgaans niet ‘gas’, maar eveneens benzine. Ik geef toe dat het wel een beetje verwarrend is.
Ook scheikundige elementen vormen wel eens een struikelblok. Zo maakt men vaak een potje van de Engelse termen‘sodium’, ‘tungsten’ en ‘silicon’, door ‘sodium’ en ‘tungsten’ ongewijzigd over te nemen en van ‘silicon’ ‘siliconen’ te maken, wat iets heel anders is. In het Nederlands zijn de termen‘natrium’, ‘wolf’ resp. ‘silicium’. Het is maar een weet.
H.E. Kater, Eindhoven.